Inhoudsopgave
Advertenties
BH4_UM_NL_ICS03_08-09-03
23/09/03
2.2
Uw toestel aanzetten
Zet uw toestel aan door toets
lang in te drukken.Voer dan indien nodig de pincode in en bevestig deze
code met de
-toets. U ziet vervolgens het welkomstscherm.
Neem contact op met uw provider wanneer u niet weet wat uw pincode is of wanneer u hem
vergeten bent. Bewaar uw pincode apart van uw mobiele telefoon en berg de kaart op een veilige
plaats op wanneer u uw toestel niet gebruikt.
Wanneer netwerkberichten op het beeldscherm verschijnen, drukt u op toets
te lezen of op toets
om terug te gaan naar het welkomstscherm.
Tijdens het zoeken naar een netwerk verschijnt het symbool <<<->>>.Als uw SIM-kaart door het netwerk
wordt geweigerd, ziet u ???-???. Neem in dat geval contact op met uw provider.
2.3
Uw toestel uitschakelen
Druk vanuit het welkomstscherm op toets
15:40
Page 15
om deze berichten geheel
(lang indrukken).
15
3
Oproepen ..................................................
3.1
Bellen
Toets het nummer in dat u wilt bellen en druk vervolgens op
nogmaals op deze zelfde toets. Foutief ingevoerde tekens kunt u wissen met toets
Om een "+" of een "P" (pauze) in te voeren, drukt u toets
verschijnen: 0, +, P en •).
Alarmnummer bellen
Wanneer u binnen het bereik van een netwerk bent, kunt u het alarmnummer 112 of een ander door uw
provider opgegeven alarmnummer bellen (nummer intoetsen en afsluiten met
SIM-kaart in het toestel zit. U hoeft geen pincode in te voeren of het toetsenbord te ontgrendelen.
Bellen met een voorloopnummer
Door
lang in te drukken en vervolgens naar het + teken te gaan, komt u bij "Prefix". Stop bij de +. Met
kunt u door de lijst met voorloopnummers lopen.
• Om internationaal te bellen
, kunt u nadat u het land- en netnummer hebt gekozen en bevestigd de
rest van het nummer invoeren van degene die u wilt spreken en vervolgens het nummer bellen.
• Als u het gewenste voorloopnummer al kent, kunt u naar het symbool
voorloopnummer en de rest van het nummer invoeren.
• In sommige bedrijven beginnen alle nummers met dezelfde cijfers. Met de functie "Prefix"
het gemeenschappelijke deel in het geheugen opslaan en hoeft u alleen maar de afwijkende laatste cijfers
in te toetsen. U moet de voorloopnummers zelf aanmaken.
. Om het gesprek te beëindigen drukt u
.
lang in (achtereenvolgens
), ook wanneer er geen
gaan en meteen het
16
kunt u
Advertenties
Inhoudsopgave
