Ingebouwde luchtregelaars
Ramluchtregelaar vervangen
Cijfers tussen haakjes verwijzen naar Onderdelen,
pagina 7.
1. Demonteer de luchtregelaar. Zie Demontage
op pagina 4.
2. Verwijder vier schroeven (7a) en haal de
ramluchtregelaar (7) eraf.
3. Vervang de O-ringen (7b) op de achterkant
van de regelaar.
4. Bevestig de nieuwe luchtregelaar aan het
spruitstuk. Gebruik de indexpen voor de
juiste plaatsing. Draai de schroeven vast.
Opnieuw monteren
1. Bevestig de ingebouwde luchtregelaars met
vier schroeven en ringen op de montagebeugel.
Zie A
. 1.
FB
2. Bevestig de luchtleidingen voor ram omhoog, ram
omlaag en ontluchting zoals in afbeelding A
(BI) veiligheids-
ontlastingspoort
Hulplucht-
toevoerpoort
A
. 3
FB
3. Bevestig alle andere slangen en plaats de
beschermkappen terug,
4. Wanneer u de volledige regeleenheid vervangt,
monteer het veiligheidsontlastingsventiel (BI) uit
de vorige regeleenheid.
6
. 3.
FB
Ram omhoog
Ontluchting
Ram omlaag
ti10778a
3A7132D