Inhoudsopgave
Advertenties
De ingebouwde luchtregelaar omvat:
•
Bronluchttoevoer (A1): luchttoevoer van de
faciliteit voor voeding SPU.
•
Lucht aandrijving luchtmotor (A2): luchttoevoer
voor aandrijfpomp luchtmotor.
•
Hoofdluchtschuifventiel (BA): schakelt de lucht
naar het systeem in en uit. Indien gesloten ontlast
het ventiel de stroomafwaartse druk.
•
Ramluchtregelaar (BB): regelt de opwaartse en
neerwaartse ramdruk, en de ontluchtingsdruk.
•
Luchtdrukmeter ram (BC): toont de luchtdruk
die nodig is om de ram omhoog en omlaag te
zetten.
•
Ramregelventiel (BD): regelt de richting van
het ramventiel.
•
Luchtmotorregelaar (BE): regelt de luchtdruk
naar de motor.
•
Drukmeter luchtmotor (BF): toont de luchtdruk
die wordt gebruikt om de luchtmotor aan te drijven.
•
Ontluchtingsknop (BG): schakelt de lucht in en
uit om de volgplaat uit een leeg vat te schuiven.
•
Luchtmotorschuifventiel (BH): schakelt de
lucht naar de luchtmotor in en uit. Als het ventiel
is gesloten, zorgt dit ventiel dat de lucht tussen
het ventiel en de motor wordt afgevoerd. Duw
het ventiel in om uit te schakelen.
•
Veiligheidsontlastingsventiel luchtmotor (BI):
voorkomt dat de druk van de luchttoevoer voor
de luchtmotor te hoog wordt.
Stuurventiel vervangen
Cijfers tussen haakjes verwijzen naar A
1. Demonteer de luchtregelaar. Zie Demontage
op pagina 4.
2. Verwijder de schroeven (4a) en haal het
stuurventiel los.
3. Verwijder de veer (4c), ventielplaat (4d)
.
en O-ring (4b)
Noteer de richting van de stuurventielplaat
wanneer u deze verwijdert. De opening moet
aan de tegenovergestelde kant (links) van de
hendel zitten.
4. Verwijder de pen (4g) en vier ventielzittingen (4e)
met O-ringen (4f) en gooi ze weg.
5. Plaats nieuwe ventielzittingen (4e) met O-ringen
(4f) en een nieuwe pen.
3A7132D
6. Breng de nieuwe stuurventielplaat (4d, zie
Opmerking hierboven), de veer (4c) en de
O-ring (4b) aan.
7. Zet het nieuwe stuurventiel vast met schroeven
(4a). Draai de schroeven vast.
A
. 2
FB
Luchtmotorregelaar vervangen
Cijfers tussen haakjes verwijzen naar Onderdelen,
pagina 7.
1. Demonteer de luchtregelaar. Zie Demontage
op pagina 4.
2. Ontkoppel de slangen en aansluitingen van de
motor.
3. Verwijder twee schroeven (9a) en haal de afsluiter
(3) uit de bovenkant van de module. Als uw
toevoersysteem een luchtsolenoïde heeft, kan
deze aan de afsluiter blijven bevestigd.
. 2.
FB
4. Verwijder twee schroeven (9b) en haal de
luchtmotorregelaar (6) eraf.
5. Bevestig de nieuwe regelaar aan het spruitstuk.
Richt deze zodanig dat de meter is uitgelijnd
met de meter op de ramluchtregelaar en de
pijl voor de stroomrichting omhoog wijst. Draai
de schroeven vast. We raden het gebruik van
schroefdraadborgmiddel Loctite 220 of
vergelijkbaar aan.
6. Bevestig de afsluiter (3) weer op de bovenkant
van de regelaar. Zorg dat de O-ring (5) in positie
op het ventiel (3) zit.
Ingebouwde luchtregelaars
4g
4f
4e
4b
4d
4c
4
4a
ti10952a
5
Advertenties
Inhoudsopgave
