DEEL III
WERKING van de kabelscanner
1. Selecteer de functie ''Locator'' via de
draaischakelaar.
2. Verbind de gecodeerde identificators (code
gedrukt op de identificator) met de
connectoren van het verwijderde kabeleinde.
Op het scherm wordt de code van de
identificator op het verre kabeluiteinde
weergegeven.
#1
#2
BELANGRIJK
De standaard-afstandsmodule en de module met intercom kunnen gebruikt worden in plaats van
identificators.
#3
Typische verbinding voor een identificatortest
23
Identificator 13 verbonden met het andere kabeluiteinde
#16