Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss EKC 316A Handleiding pagina 11

Regelaar voor waterchillers (ets klep)
Inhoudsopgave

Advertenties

Aandachtspunten bij installatie
Beschadiging, onjuiste montage of de condities ter plaatse, kun-
nen defecten veroorzaken in het regelsysteem en uiteindelijk
leiden tot beschadiging van de installatie.
Ieder mogelijke beveiliging is in onze producten ingebouwd om
dit te voorkomen, maar bijvoorbeeld door verkeerde installatie
kunnen alsnog problemen ontstaan.
Appendix 1
Interactie tussen interne en externe start/stop functies en ac-
tieve functies.
Interne Start/stop
Externe Start/stop (DI)
Koeling (DO)
Temperatuururbewaking
Sensorbewaking
Configureren
Appendix 3
De twee typen van oververhittingsregeling zijn als volgt:
Adaptieve oververhitting
De regeling is gebaseerd op het zoeken naar de MSS van de
verdamper (MSS = laagst mogelijke oververhitting).
(De referentie van de oververhitting wordt verlaagd tot het
exacte punt waar de oververhitting instabiel wordt).
De oververhitting wordt begrensd door de instelling voor
minimale en maximale oververhitting.
EKC 316A
Uit
Uit
Aan
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Nee
Ja
Ja
Ja
Ja
Nee
Manual RS8CX610 © Danfoss 11-006
Danfoss aanvaardt geen aansprakelijkheid voor producten
of installatiecomponenten, die beschadigd zijn door
bovengenoemde defecten. Het is de verantwoordelijkheid van de
installateur om de installatie grondig te controleren en alle nodige
veiligheden in te passen.
Vooral het 'geforceerd sluiten' signaal naar de regelaars in
het geval dat de compressoren stoppen en de montage van
'slokkenvangers' in de zuigleiding verdienen extra aandacht.
Uw lokale Danfoss agent is altijd bereid om advies te geven.
Appendix 2
Als er twee verdampers op dezelfde zuigleiding aangesloten
zijn, kan het signaal van de drukopnemer door twee regelaars
worden gebruikt
Gedefinieerde oververhitting
De referentie volgt een in te stellen curve. De curve wordt ge-
definieerd door drie waarden: het sluitpunt van het ventiel, de
minimale en maximale waarde van de oververhitting. Deze drie
waarden moeten zodanig ingesteld worden dat de curve ligt
tussen de MSS-curve en de curve voor de gemiddelde tempera-
tuurverschil ∆Tm (temperatuurverschil tussen de medium-
(lucht) en de verdampingstemperatuur). Instelvoorbeeld : 4, 6 en
10 K.
11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave