Parameternaam
Detectiegevoeligheid nacht
Lichtsterktemeting
Bron lichtsterktemeting
Keuze lichtmeting
Ruimtecorrectiefactor
lichtsterkte
Gemeten lichtsterkte via bus
instellen
Lichtsterkte naar bus zenden nee
Het applicatieprogramma theMura
Waarden
Betekenis
voorkomen, kan de detectiegevoeligheid
voor de nacht in stappen worden
verminderd.
Niveau 1 (--)
Aparte gevoeligheid voor de nacht.
Niveau 2 (-)
Niveau 3 (standaard)
intern
De melder meet door middel van een
interne lichtmeting kunstmatig licht en
daglicht.
extern
De lichtsterktewaarde moet met het
object 21
Luxwaarde ontvangen
verzonden. De optimale cyclustijd is
ongeveer 1 s of bij veranderingen groter
dan 5%.
Lichtmeting midden
Deze instelling kan niet worden
gebruiken
veranderd.
De ruimtecorrectiefactor is een maat
voor het verschil tussen de gemeten
lichtsterkte bij de wand en op de vloer.
De gemeten lichtsterkte aan de wand
wordt beïnvloed door de montageplaats,
de lichtinval, de zonnestand, de
weersomstandigheden, de reflectie-
eigenschappen van de ruimte en het
meubilair.
Met de ruimtecorrectiefactor wordt de
lichtsterktemeting van de melder aan de
ruimtelijke omstandigheden aangepast.
0,05..0,3...2,0
De standaardwaarde van 0,3 is geschikt
voor de meeste toepassingen.
Voor de automatische berekening van de
ruimtecorrectiefactor zie hoofdstuk
Vergelijking van de lichtsterktemeting
nee
Object 18
Waarde ontvangen
Ruimtecorrectiefactor – Waarde
oproepen
ja
Object 18
Waarde ontvangen
Ruimtecorrectiefactor – Waarde
oproepen
De gemeten lichtsterkte wordt niet
gezonden.
ja
De gemeten lichtsterkte wordt via het
object 20
zenden
Met de parameter
Externe lichtsterktewaarde –
worden
Meetwaarde luxmeter –
en object 19
worden verborgen.
Meetwaarde luxmeter –
en object 19
worden weergegeven.
Lichtsterkte – Lux-waarde
als 2-byte-telegram gezonden.
Ruimtecorrectiefactor
.
35