5.
Verwijder alle vuil en vet uit de holte van de naaf
(Figuur
39).
6.
Smeer de lagers met het aanbevolen
smeermiddel.
7.
Vul de holte van de naaf voor 50 tot 80% met
het aanbevolen smeermiddel
8.
Monteer het binnenste lager op de loopring
aan de binnenkant van de naaf en monteer de
afdichting
(Figuur
9.
Herhaal stap
1
tot en met
de andere naaf.
De naaf en rotor monteren
1.
Breng een laagje van het aanbevolen
smeermiddel aan op de as
1. Moerzekering
2. Asmoer
3. Borgplaatje
2.
Monteer de naaf en de rotor op de as met de
rotor aan de binnenkant
3.
Monteer het buitenste lager op de as en plaats
het lager in de buitenste loopring
4.
Monteer het borgplaatje op de as
5.
Draai de asmoer op de as en zet de moer vast
met een torsie van 15 N·m terwijl u de naaf
draait om het lager te plaatsen
6.
Draai de asmoer los tot de naaf vrij kan draaien.
7.
Draai de asmoer vast met een torsie van 1,70
tot 2,26 N·m.
8.
Monteer de borgschroef over de moer en
controleer de uitlijning van de sleuf in de schroef
en de opening in de as voor de borgpen
41).
Opmerking:
Als de sleuf in de borgschroef en
de opening in de as niet uitgelijnd zijn, moet u de
asmoer vastzetten met een torsie van maximaal
2,26 N·m om de sleuf en de opening uit te lijnen.
(Figuur
39).
39).
8
voor de lagers van
(Figuur
40).
Figuur 40
4. Buitenste lager
5. Naaf, rotor, binnenste
lager, loopring en
afdichting
6. As
(Figuur
40).
(Figuur
(Figuur
(Figuur
1. Borgpen
2. Moerzekering
9.
Monteer de borgpen en plooi beide uiteinden
rond de borgschroef
10.
Plaats de stofkap op de naaf
11.
Herhaal stap
rotor aan de andere kant van de machine.
De remmen en wielen monteren
1.
Reinig de 2 flenskopbouten (⅜" x ¾") en
g192344
breng een laag schroefdraadborgmiddel met
gemiddelde sterkte aan op de draden van de
bouten.
2.
Lijn de remblokken aan beide zijden van de
rotor
van de remklauw uit met de openingen in de
rembevestiging van het asframe
3.
Bevestig de beugel van de remklauw aan het
asframe
(⅜" x ¾").
Draai de 2 flenskopbouten vast met een torsie
40).
van 47 tot 54 N·m.
40).
4.
Lijn de openingen in het wiel uit met de bouten
van de naaf en monteer het wiel op de naaf met
het ventiel naar buiten gericht
40).
Opmerking:
wiel gelijk komt met de naaf.
5.
Bevestig het wiel aan de naaf met de wielmoeren
(Figuur
Draai de wielmoeren vast met een torsie van
108 tot 122 N·m.
(Figuur
6.
Herhaal stap
wiel aan de andere kant van de machine.
34
Figuur 41
3. Stofkap
(Figuur
1
tot en met
10
(Figuur
36) en de openingen in de beugel
(Figuur
36) met de 2 flenskopbouten
Zorg dat het montagevlak van het
35).
1
tot en met
5
g192345
41).
(Figuur
41).
voor de naaf en de
(Figuur
40).
(Figuur
35).
voor de rem en het