1. Open het deksel van de staafaanvoer. Plaats het magnetische torpedo-nivelleerinstrument
op de bovenzijde van de overbrengingslade en stel de stelschroeven in op het niveau van de
staafaanvoer.
2. Opdracht G105 Q7 - Plaats duwstang om de duwstang in de positie omlaag te plaatsen.
3. Druk op het toetsenbord op V en druk dan op de knop Handle Jog (tornhandwiel) om de
duwstang te kunnen laten bewegen.
4. Gebruik het tornhandwiel om de duwstang richting de spil te bewegen tot deze net de
spilvoering binnengaat.
5. Meet de verticale uitlijning van de middenlijn van de duwstang in verhouding tot de middenlijn
van de spilvoering.
6. Stel de nivelleerschroeven van de staafaanvoer in totdat de duwstang verticaal is uitgelijnd met
de spil.
7. Meet de horizontale uitlijning van de middenlijn van de duwstang in verhouding tot de middenlijn
van de spilvoering.
8. Pas de voor/na-positionering van de staafaanvoer aan totdat de duwstang horizontaal is
uitgelijnd met de spil door aan het rechteruiteinde van de staafaanvoer te draaien.
9. Torn de duwstang tot deze op een lijn staat met het spiloppervlak.
10. Breng de duwstang met de hand verticaal omhoog naar het midden van de spil en controleer
alleen de horizontale uitlijnen en pas indien nodig de staafaanvoer aan.
11. Wanneer de duwstang aan beide uiteinde is uitgelijnd, geeft u de opdracht G105 Q6 - Duwstang
ontlasten om duwstang naar uitgangspositie te brengen.
1. Installeer een 1-inch voering en druk met de hand een staafmagazijn van minimaal 3 voet in om
er zeker van te zijn dat deze niet vastloopt in de voering.
2. Torn de duwstang met de hand om te controleren of de duwstang geen contact maakt met de
achterkant van de spil of voering.
3. De duwstang moet door de gehele voering kunnen bewegen zonder vast te lopen tegen de
binnenste diameter van de voering.
Vertaling van de originele instructies
Haas technische publicaties
Installatie-, toepassingen- en operator's handleiding
Staafaanvoer nivelleren
Uitlijning controleren
96-NL0013, Rev. BA
APRIL 2012
PAGINA 25 VAN 67