• Laad de batterij met gebruik van de netvoedingsadapter alleen op als de temperatuur van de batterij ten
minste 10 °C is.
• De batterij wordt opgeladen als de wisselstroomadapter op de computer is aangesloten en de batterij in
de computer is geplaatst. In de volgende gevallen moet u de batterij opladen:
– Als u een nieuwe batterij koopt
– Als het batterijlampje knippert
– Als de batterij lange tijd niet is gebruikt
De batterij opladen
Wanneer u nagaat hoe vol de batterij is en merkt dat het percentage resterende energie klein is, of wanneer
er een waarschuwing optreedt dat de batterij leeg begint te raken, kunt u de batterij opladen of de batterij
vervangen door een vol exemplaar.
Als er een stopcontact in de buurt is, steekt u de stekker van de wisselstroomadapter daar in en sluit u de
plug aan op de aansluiting aan de achterkant van de computer. Het duurt ongeveer 3 tot 6 uur voordat
de batterij volledig is opgeladen. De laadtijd hangt af van de fysieke omgeving en de capaciteit van de
batterij. U kunt op elk gewenst moment de laadstatus van de batterij op het batterijmeterpictogram in
het Windows-systeemvak controleren.
Opmerking: Om de levensduur van de batterij te verlengen begint de computer pas met opladen als de
hoeveelheid resterende energie van de batterij onder de 95% komt.
De werkingsduur van de batterij verlengen
Voor een maximale werkingsduur van de batterij houdt u zich aan de volgende richtlijnen:
• Gebruik de batterij totdat deze helemaal leeg is, d.w.z. tot het statuslampje van de batterij oranje begint te
knipperen.
• Laad de batterij helemaal op voordat u hem gebruikt. De batterij is helemaal opgeladen als het
batterijlampje groen oplicht terwijl de wisselstroomadapter is aangesloten.
• Maak altijd gebruik van de voorzieningen voor energiebesparing, zoals de energiewerkstanden,
beeldscherm uitschakelen, de slaapstand en de sluimerstand.
Energiebeheer
Wijzig de instellingen van uw energiebeheerschema om de beste balans te vinden tussen snelheid en
energiebesparing. Ga als volgt te werk om de instellingen van het energiebeheerschema te openen:
• Windows 7: start het programma Power Manager en klik vervolgens op het tabblad
Energiebeheerschema. Zie "Lenovo-programma's vanuit het besturingssysteem Windows 7 openen" op
pagina 16voor instructies over het starten van het programma Power Manager.
• Windows 8: klik in het systeemvak van Windows met de rechtermuisknop op het batterijstatuspictogram
en klik vervolgens op Energiebeheer. Klik vervolgens naast uw energiebeheerschema op De
schema-instellingen wijzigen.
Voor meer informatie kunt u het Help-informatiesysteem van het programma raadplegen.
Spaarstanden
Er zijn diverse spaarstanden beschikbaar die u kunt gebruiken om energie te besparen. In dit gedeelte maakt
u kennis met elk van die spaarstanden en vindt u tips voor het zo effectief mogelijk werken op batterij-energie.
.
Hoofdstuk 2
De computer gebruiken
31