Een softwareprobleem
Probleem: Een bepaald softwareprogramma werkt niet goed.
Oplossing: Controleer of het probleem niet wordt veroorzaakt door het softwareprogramma.
Controleer of in de computer de minimale hoeveelheid geheugen is geïnstalleerd om het softwareprogramma
uit te voeren. Controleer dit aan de hand van de bij het softwareprogramma geleverde handleidingen.
Controleer of:
• Het softwareprogramma geschikt is voor gebruik onder uw besturingssysteem.
• Andere softwareprogramma's werken wel goed op de computer.
• De vereiste stuurprogramma's zijn geïnstalleerd.
• Het softwareprogramma werkt wel goed op een andere computer.
Als een foutbericht op het scherm weergegeven wordt terwijl u het softwareprogramma gebruikt, raadpleegt
u de handleidingen die bij het softwareprogramma zijn geleverd.
Als al het voorgaande in orde is en het probleem nog niet is opgelost, neemt u contact op met uw leverancier
of met een onderhoudstechnicus.
Problemen met poorten en aansluitingen
De volgende problemen komen het vaakst voor bij poorten en aansluitingen.
Problemen met USB
Probleem: Een apparaat dat is aangesloten op de USB-poort werkt niet.
Oplossing: Open het venster Apparaatbeheer. Controleer of het USB-apparaat correct is ingesteld, of de
resources correct zijn toegewezen en of de stuurprogramma's correct zijn geïnstalleerd. Als u het venster
Apparaatbeheer wilt openen, gaat u naar het configuratiescherm en klikt u op Hardware en geluid ➙
Apparaatbeheer. Wanneer er wordt gevraagd om een beheerderswachtwoord of een bevestiging, typt u dat
wachtwoord of geeft u die bevestiging.
Problemen met het dockingstation of de port replicator
Probleem: De computer start niet op als u hem aanzet en reageert niet als u de normale werking weer wilt
hervatten.
Oplossing: Controleer of:
• De wisselstroomadapter is aangesloten op de Port Replicator of op het dockingstation.
• Het lampje van het dockingstation is verlicht.
• De computer goed is aangesloten op het dockingstation of de Port Replicator.
160
Handboek voor de gebruiker