Bluetooth-toestellen gebruiken
Bestemmingsnummer wijzigen
É
¢
¢
v
Ruimtebewaking
¤
Nummer invoeren en opslaan zoals
beschreven onder "Ruimtebewaking
inschakelen en bestemmingsnummer
¢
invoeren" (
pagina 25).
Ruimtebewaking annuleren/
uitschakelen
Druk op de verbreektoets a om de
oproep tijdens ruimtebewaking te annule-
ren.
Druk in de ruststand op de displaytoets
om de functie Ruimtebewaking uit te scha-
kelen.
Ruimtebewaking op afstand
uitschakelen
Voorwaarden: het toestel ondersteunt
toonkiezen en er is een extern bestem-
mingsnummer ingesteld.
¤
De door de functie Ruimtebewaking
gestarte oproep beantwoorden en de
toetsen 9 ; indrukken.
Na het verbreken van de verbinding is de
functie uitgeschakeld. U ontvangt geen
nieuwe oproepen meer van de functie Ruim-
tebewaking. De andere instellingen van de
functie Ruimtebewaking op de handset (bij-
voorbeeld geen belsignaal) blijven inge-
schakeld totdat u op de handset de display-
Uit§
toets
indrukt.
De functie Ruimtebewaking opnieuw
inschakelen voor hetzelfde nummer:
¤
Functie opnieuw inschakelen en met
¢
§Opslaan§
opslaan (
26
§Uit§
pagina 25).
Bluetooth-toestellen
gebruiken
Voordat u uw Bluetooth-toestellen kunt
gebruiken, moet u eerst Bluetooth inschake-
len, uw toestellen eventueel zichtbaar
maken en deze vervolgens bij de handset
aanmelden.
U kunt 1 Bluetooth-headset aanmelden op
de handset. U kunt bovendien tot 5 datatoe-
stellen (PC's, PDA's of mobiele telefoons)
aanmelden om zo telefoonboekvermeldin-
gen te kopiëren en ontvangen als vCard of
gegevens uit te wisselen met de PC
¢
(
pagina 40).
Om de nummers verder te kunnen gebrui-
ken, moeten voorkiesnummers (land- en
netnummers) in het toestel zijn opgeslagen
¢
(
pagina 33).
Hoe u uw Bluetooth-toestellen bedient, kunt
u nalezen in de gebruiksaanwijzing van deze
toestellen.
Bluetooth-modus inschakelen/
uitschakelen
¢
¢
v
ò
Inschakelen
§Wijzigen§
indrukken om de Bluetooth-modus
in te schakelen of uit te schakelen (³ =
ingeschakeld).