11.3.2
Uitgebreide parameterinstellingen
11.3.2.1
Bedrijfsmodus
Opties:
Automatisch:
■
–
Automatisch in- en uitschakelen.
De melder schakelt bij bewegingsdetectie automatisch in. Na de ingestelde nalooptijd
vanaf de laatste detectie wordt de melder automatisch uitgeschakeld.
Automatisch uitschakelen:
■
–
Handmatig in- en automatisch uitschakelen.
De melder of het licht moet handmatig met een externe impulsdrukker
(communicatieobject "Mx: Externe impulsdrukker") worden ingeschakeld. De melder
wordt rekening houdend met de nalooptijd automatische uitgeschakeld.
Automatisch inschakelen:
■
–
Automatisch in- en handmatig uitschakelen.
De melder schakelt automatisch in bij bewegingsdetectie. Uitgeschakeld wordt bij
ontvangst van uit-telegram via het object "Mx: Externe impulsdrukker".
Bewaking:
■
–
Automatisch in- en automatisch uitschakelen.
De melder schakelt onafhankelijk van de helderheid in als binnen de ingestelde
tijdspanne een instelbaar aandeel aan beweging wordt gedetecteerd. Uitgeschakeld
wordt twee seconden na inschakelen en de laatste bewegingsdetectie.
Bij handmatig uitschakelen wordt de bewegingsdetectie voor de dode tijd onderdrukt. De dode
tijd voorkomt een direct herinschakelen.
Voorbeeld: Een gebruiker schakelt het licht met de hand uit en verlaat ruimte. De dode tijd
voorkomt dat door de herkende beweging bij het verlaten van de ruimte het licht weer wordt
ingeschakeld.
Opmerking
De parameter kan alleen worden ingesteld als de parameter "Soort uitgang" op
"Master" is ingesteld.
Opmerking
De parameters voor de externe impulsdrukker en de handmatige bediening
worden onder Parameter Externe impulsdrukkers ingesteld. De dode tijd
wordt onder Uitgebreide parameterinstellingen ingesteld.
Producthandboek 2CKA002273B9438
Automatisch
Automatisch uitschakelen
Automatisch inschakelen
Bewaking
Opmerking
Na zes uur schakelt de melder automatisch uit.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen
Applicatie "Melder"
│38