Inhoudsopgave Inhoudsopgave Opmerkingen over de handleiding ......................5 Veiligheid ..............................6 Gebruikte aanwijzing en symbolen....................6 Beoogd gebruik ..........................7 Beoogd gebruik ..........................7 Doelgroep / personeelskwalificatie ....................8 Veiligheidsinstructies ........................9 Opmerkingen over milieubescherming ..................... 10 Milieu ............................. 10 Opbouw en functie ...........................
Pagina 3
Inhoudsopgave 11.1 Toepassings-(applicatie)programma ..................... 27 11.2 Overzicht functies.......................... 28 11.3 Applicatie "Melder" ........................31 11.3.1 Algemene parameters ........................32 11.3.1.1 Soort uitgang ..................... 32 11.3.1.2 Ingang slave ...................... 32 11.3.1.3 Uitgang is van het type ..................33 11.3.1.4 Uitgangsobject verzendt bij ................33 11.3.1.5 Waarde voor inschakelen .................
Pagina 4
Inhoudsopgave 11.3.6.3 Vrijgave met ...................... 55 11.3.6.4 Melder is na terugkeer busspanning ............... 55 11.3.6.5 Uitgang verzendt bij vrijgave ................56 11.3.6.6 Uitgang verzendt bij blokkeren ................. 57 11.4 Applicatie "lichtsterktedetectie" ..................... 58 11.4.1 Algemene parameters ........................58 11.4.1.1 Verzenden helderheid om de (hh:mm:ss) ............58 11.4.1.2 Object voor led gebruiken ................
Voor schade die ontstaat door het niet in acht nemen van het handboek aanvaardt Busch- Jaeger geen aansprakelijkheid. Als u meer informatie nodig heeft of vragen heeft over het apparaat, wendt u zich tot Busch- Jaeger of bezoekt ons op internet: www.BUSCH-JAEGER.de Producthandboek 2CKA002273B9438 │5...
Toch bestaan er restrisico's. Om gevaren te vermijden, dient u de veiligheidsinstructies te lezen en op te volgen. Voor schade die ontstaat door het niet in acht nemen van de veiligheidsinstructies aanvaardt Busch-Jaeger geen aansprakelijkheid. Gebruikte aanwijzing en symbolen De volgende aanwijzingen wijzen op bijzondere gevaren in de omgang met het apparaat of...
Ieder gebruik dat niet wordt genoemd in Hoofdstuk 2.2 “Beoogd gebruik“ op pagina 7 geldt als niet beoogd en kan leiden tot letsel en materiële schade. Busch-Jaeger is niet aansprakelijk voor schade die door niet beoogd gebruik van het apparaat ontstaat. Het risico draagt uitsluitend de gebruiker / exploitant.
Veiligheid Doelgroep / personeelskwalificatie De installatie, inbedrijfname en het onderhoud van het apparaat mogen uitsluitend worden uitgevoerd door erkende elektrotechnische installateurs. De elektrotechnische installateur moet dit handboek gelezen en begrepen hebben en de instructies opvolgen. De elektrotechnische installateur moet zich houden aan de in zijn land geldende nationale voorschriften over installatie, functiecontrole, reparatie en het onderhoud van elektrische producten.
Veiligheid Veiligheidsinstructies Gevaar – Elektrische spanning! Elektrische spanning! Levensgevaar en brandgevaar door elektrische spanning van 100 … 240 V. Bij direct of indirect contact met spanningsgeleidende delen ontstaat een gevaarlijke doorstroming van het lichaam. Elektrische schok, brandwonden of de dood kunnen het gevolg zijn. Werkzaamheden aan het 100 …...
Opmerkingen over milieubescherming Opmerkingen over milieubescherming Milieu Denk aan de bescherming van het milieu! Oude elektrische en elektronische apparaten mogen niet bij het huishoudelijke afval worden gegooid. – Het apparaat bevat waardevolle grondstoffen die kunnen worden hergebruikt. Geef het apparaat daarom af bij een verzamelpunt voor afgedankte apparatuur.
De functie van de schakelvlakken wordt met de ETS4 geparametriseerd. Naast de configureerbare uitvoeringen zijn ook voorgeconfigureerde varianten beschikbaar. De configuratie wordt uitgevoerd met de Tacteo-configurator onder tacteo- configurator.my.busch-jaeger.de Opmerking Door de configuratiemogelijkheid verschilt uw apparaat waarschijnlijk van de hier gegeven voorbeelden.
Opbouw en functie Apparaatoverzicht 4.2.1 Overzicht Afb. 1: Productoverzicht [1] Draagring [1] [2] Inbouwsokkel met bedieningselement [2] (vast gemonteerde eenheid) [3] Klemmen demontagebescherming [3] (optioneel) [4] Demontagegereedschap [4] (optioneel) 4.2.2 Draagringen De draagringen verschillen per land. Afhankelijk van het land wordt de correcte draagring meegeleverd.
Aansluiting, inbouw / montage Aansluiting, inbouw / montage Gevaar – Elektrische spanning! Installeer de apparaten uitsluitend wanneer u over de vereiste elektronische kennis en ervaring beschikt. Door een niet vakkundig uitgevoerde installatie brengt u het eigen leven en ■ dat van de gebruikers van de elektrische installatie in gevaar. Door een niet vakkundig uitgevoerde installatie kan aanzienlijke materiële ■...
Aansluiting, inbouw / montage Montage Let op! – Beschadiging van het apparaat door gebruik van harde voorwerpen! De kunststofonderdelen van het apparaat zijn kwetsbaar. – Trek het opzetstuk alleen met de hand eraf. – Gebruik in geen geval een schroevendraaier of een soortgelijk hard voorwerp om het op te tillen.
Pagina 19
Aansluiting, inbouw / montage 3. De buskabel uit de inbouwdoos trekken en de leiding op de busaansluitklem [1] aansluiten, zie hoofdstuk 6.2 “Elektrische aansluiting“ op pagina 21. – Op de correcte plaatsing van de polen letten! Afb. 8: Aansluiting buskabel Producthandboek 2CKA002273B9438 │19...
Pagina 20
Aansluiting, inbouw / montage 4. Het apparaat in bedrijf nemen, zie hoofdstuk 7 “Inbedrijfname“ op pagina 22. – Het apparaat wordt geprogrammeerd met de programmeertoets [1] aan de achterzijde van het apparaat. – Programmeertoets [1] indrukken. – Alle leds [2] branden rood. Afb.
Aansluiting, inbouw / montage Elektrische aansluiting Voer de elektrische aansluiting aan de hand van het aansluitschema uit. 24 V DC Afb. 11: Aansluiting busaankoppelaar Producthandboek 2CKA002273B9438 │21...
Inbedrijfname Inbedrijfname Hardware De bewegingsschakelaar moet op een vaste wand worden gemonteerd, omdat iedere beweging van het apparaat dezelfde werking heeft als een warmtebeweging in het detectiebereik. – De optimale werking van de bewegingsschakelaar is gegarandeerd als de montage zijdeling van de looprichting is uitgevoerd (tangentiele benadering).
Groepsadres(sen) toewijzen De groepsadressen worden toegewezen in combinatie met de ETS. 7.2.4 Applicatieprogramma kiezen Meer informatie krijgt u via onze internetsupport (www.BUSCH-JAEGER.de). De applicatie wordt via de ETS op het apparaat geladen. 7.2.5 Applicatieprogramma differentiëren Met de ETS kunnen verschillende functies gerealiseerd worden.
Updatemogelijkheden Updatemogelijkheden De firmware wordt met de ETS-app ‘KNX Bus Update’ geüpdatet. Opmerking De beschrijving van het updateproces kan in de elektronische catalogus (www.busch-jaeger-catalogus.nl) worden gedownload. Deze is op de apparaatpagina onder de rubriek ‘Software’ te vinden. Producthandboek 2CKA002273B9438 │24...
/parameterbeschrijvingen“ op pagina 27 (in de talen DE, EN, ES, FR, IT, NL, PL en RU). Opmerking Bij levering is alleen de elektronicasokkel inbegrepen. Deze moet nog worden aangevuld met een passend afdekraam. Meer informatie over de mogelijke schakelaarprogramma's vindt u in de elektronische catalogus (www.busch-jaeger-catalogus.nl). Producthandboek 2CKA002273B9438 │25...
Onderhoud Onderhoud 10.1 Onderhoudsvrij apparaat Het apparaat is onderhoudsvrij. Bij beschadiging, bijvoorbeeld bij transport of opslag, mogen geen reparaties worden verricht. Als het apparaat wordt geopend, vervalt de aanspraak op garantie! Het apparaat moet toegankelijk zijn om een correcte werking, keuring, visuele controle, onderhoud en reparaties mogelijk te maken (volgens DIN VDE 0100-520).
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Toepassings-(applicatie)programma Applicatie-/parameterbeschrijvingen 11.1 Toepassings-(applicatie)programma Beschikbaar apparaat: TBW/U.x.1x-xx Busch-Wächter ® 180° incl. BAU ■ De volgende applicatieprogramma's zijn beschikbaar: Applicatieprogramma Busch-Wächter/1 Het applicatieprogramma voor de bedieningselementen bevat de volgende applicaties: Parameterdeel KNX-applicatie Melder 1 … 4 Melder Helderheid Lichtsterktedetectie Afhankelijk van de gekozen applicatie, geeft de Engineering Tool Software (ETS) verschillende parameters en communicatieobjecten aan.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3 Applicatie "Melder" Opties: Inactief Melder Inactief: ■ – Applicatie is niet actief. Melder: ■ – Applicatie is actief. Met de applicatie worden de bewakingsfuncties, de helderheidsinstellingen en de gevoeligheid van de bewegingsschakelaars vastgelegd. Als de applicatie geactiveerd is, wordt bij bewegingsdetectie een telegram naar de KNX-bus verzonden.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.1 Algemene parameters 11.3.1.1 Soort uitgang Opties: Master Slave Master: ■ – In de mastermodus worden afhankelijk van de beweging aan- en/of uit-telegrammen (naar een aktor) gestuurd. Slave: ■ – In de slavemodus worden bij bewegingsdetectie cyclisch aan-telegrammen (naar de "Ingang slave of slave-ingang"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.1.3 Uitgang is van het type Opties: 1 bit 1 byte 0..100% 1 byte 0...255 Lichtscène-nummer 1..64 RTR-modusomschakeling (1 byte) 1 bit: ■ – Waarde wordt als 1-bit-schakelcommando verzonden (0 of 1), bijvoorbeeld aan/uit, vrijgegeven/geblokkeerd, waar/onwaar. 1 byte 0..100%: ■...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.1.5 Waarde voor inschakelen De mogelijke opties zijn afhankelijk van de parameter "Uitgang is van het type". Opties bij selectie "1 bit": Opties: Opties bij selectie "1 byte 0..100%": Opties: Instelmogelijkheid van 0 tot 100 (%) Opties bij selectie "1 byte 0..255": Opties: Instelmogelijkheid van 0 tot 255 Opties bij selectie "Lichtscène-nummer 1..64":...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.1.6 Waarde voor inschakelen cyclisch verzenden Opties: Nee: ■ – De ingestelde waarde wordt slechts eenmaal verzonden. ■ – De ingestelde waarde wordt cyclisch verzonden. Opmerking De parameter kan alleen worden ingesteld als de parameter "Soort uitgang" op "Master"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.1.8 Waarde voor uitschakelen cyclisch verzenden Opties: Nee: ■ – De ingestelde waarde wordt slechts eenmaal verzonden. ■ – De ingestelde waarde wordt cyclisch verzonden. Opmerking De parameter kan alleen worden ingesteld als de parameter "Soort uitgang" op "Master"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.1.11 Helderheidsdrempel intern (lux) Opties: Instelmogelijkheid van 1 tot 1000 Met de parameter wordt de interne helderheidsdrempel voor de lichtsensor van de bewegingsschakelaar ingesteld. Bewegingen worden alleen gedetecteerd bij onderschrijding van de helderheidsdrempel. D.w.z. dat alleen bij een helderheid onder de ingestelde lux-waarde de "Waarde voor inschakelen" via het uitgangsobject "Mx: Beweging (master/slave)"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.2 Uitgebreide parameterinstellingen 11.3.2.1 Bedrijfsmodus Opties: Automatisch Automatisch uitschakelen Automatisch inschakelen Bewaking Automatisch: ■ – Automatisch in- en uitschakelen. De melder schakelt bij bewegingsdetectie automatisch in. Na de ingestelde nalooptijd vanaf de laatste detectie wordt de melder automatisch uitgeschakeld. Automatisch uitschakelen: ■...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.2.2 Tweetraps uitschakelen gebruiken Opties: Nee: ■ – Melder verzendt na de onder Algemene parameters ingestelde nalooptijd de waarde die in de parameter "Waarden voor uitschakelen" ingesteld is. ■ – Melder schakelt naar de onder Algemene parameters ingestelde nalooptijd naar de ingestelde gereduceerde helderheid.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.2.4 Nalooptijd gereduceerde helderheid (hh:mm:ss) Opties: Instelmogelijkheid 00:00:10 tot 18:12:15 (hh:mm:ss) Met parameter wordt de waarde voor de nalooptijd van de gereduceerde helderheid ingesteld. Daarmee bestaat de gehele nalooptijd uit de "Nalooptijd" en de "Nalooptijd gereduceerde helderheid". Opmerking De parameter kan alleen worden ingesteld als de parameter "Bedrijfsmodus"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.2.6 Object voor nalooptijd gebruiken Opties: Nee: ■ – Communicatieobject "Mx: Nalooptijd" is niet vrijgeschakeld. De nalooptijd wordt met de parameter "Nalooptijd" vast ingesteld. ■ – Communicatieobject "Mx: Nalooptijd" is vrijgeschakeld. Met de parameter kan het 2-byte-communicatieobject "Mx: Nalooptijd" vrijgeschakeld worden. Via het object kan de nalooptijd van de melder worden gewijzigd.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.2.7 Object voor nalooptijd gered. helderheid gebruiken Opties: Nee: ■ – Communicatieobject "Mx: Nalooptijd gereduceerde helderheid" is niet vrijgeschakeld. De nalooptijd wordt met de parameter "Nalooptijd gereduceerde helderheid" vast ingesteld. ■ – Communicatieobject "Mx: Nalooptijd gereduceerde helderheid" is vrijgeschakeld. Met de parameter kan het 2-byte-communicatieobject "Mx: Nalooptijd gereduceerde helderheid"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.2.8 Object voor testmodus gebruiken Opties: Nee: ■ – Communicatieobject "Mx: Testmodus activeren" is niet vrijgeschakeld. ■ – Communicatieobject "Mx: Testmodus activeren" is vrijgeschakeld. Met de parameter kan het 1-bit-communicatieobject "Mx: Testmodus activeren" worden vrijgeschakeld. Als via het object een aan-telegram wordt ontvangen, wordt de testmodus geactiveerd.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.2.10 Object status handmatig aan/uit gebruiken Opties: Nee: ■ – Communicatieobject "Mx: Status handmatig aan/uit" is niet vrijgeschakeld. ■ – Communicatieobject "Mx: Status handmatig aan/uit" is vrijgeschakeld. Met de parameter kan het 1-bit-communicatieobject "Mx: Status handmatig aan/uit" (uitgang) vrijgeschakeld worden.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.2.12 Nevenpostingang houdt rekening met dode tijd Opties: Nee: ■ – Nevenpostingang voert het ontvangen commando meteen uit. Melder reageert meteen. ■ – Nevenpostingang voert pas na het verstrijken van de ingestelde dode tijd het ontvangen commando uit. Melder reageert vertraagd (na afloop van de dode tijd). Met de parameter wordt vastgelegd of de bewegingsschakelaar meteen of na afloop van de dode tijd het licht inschakelt, als via de nevenpostingang een schakelcommando wordt ontvangen.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.2.14 Bewakingstijdvenster Opties: Instelmogelijkheid 00:00:01 tot 00:10:00 (hh:mm:ss) In de bedrijfsmodus "Bewaking" werkt de bewegingsschakelaar onafhankelijk van de helderheid. Met de parameter wordt het tijdvenster ingesteld waarin de beweging wordt gedetecteerd en een schakelsignaal wordt verzonden. In combinatie met de parameter "Minimale activiteit in het bewakingstijdvenster" wordt vastgelegd hoeveel beweging moet worden gedetecteerd om een telegram via het object "Mx: Bewaking"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.3 Parameter helderheid Opmerking De volgende parameters kunnen alleen worden ingesteld als de parameter "Bedrijfsmodus" op "Automatisch" of "Automatisch inschakelen" en de parameter "Gebruikte helderheid" niet op "lichtonafhankelijk" ingesteld is. De parameter "Bedrijfsmodus" kan worden opgeroepen via de Uitgebreide parameterinstellingen .
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.3.3 Helderheidsonafhankelijke detectie na terugkeer busspanning Opties: Nee: ■ – Automatische deactivering van de lichtonafhankelijke detectie na terugkeer busspanning. ■ – Automatische activering van de lichtonafhankelijke detectie na terugkeer busspanning. Als na de terugkeer van de busspanning of na een reset de lichtonafhankelijke bewegingsdetectie automatisch moet worden gestart, moet de parameter op "Ja"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.3.5 Gebruikte helderheid Opties: Lichtonafhankelijk Alleen intern Alleen extern Intern of extern Lichtonafhankelijk: ■ – Melder detecteert bewegingen onafhankelijk van de helderheid en schakelt bij iedere beweging. Alleen intern: ■ – Melder gebruikt de zelf gemeten helderheid en schakelt bij beweging, als de in de parameter "Helderheidsdrempel intern (lux)"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.3.7 Object voor externe helderheidsdrempel gebruiken Opties: Nee: ■ – Communicatieobject "Mx: Helderheidsdrempel extern" is niet vrijgeschakeld. ■ – Communicatieobject "Mx: Helderheidsdrempel extern" is vrijgeschakeld. Met de parameter kan het 2-byte-communicatieobject "Mx: Helderheidsdrempel extern" vrijgeschakeld worden. Via het object kan de externe helderheidsdrempel voor de activering van de bewegingsschakelaar worden gewijzigd.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.4 Parameter externe impulsdrukker Opmerking De volgende parameters kunnen alleen worden ingesteld als de parameter "Bedrijfsmodus" niet op "Bewaking" is ingesteld. De parameter "Bedrijfsmodus" kan worden opgeroepen via de Uitgebreide parameterinstellingen . 11.3.4.1 Object ingang externe impulsdrukker gebruiken Opties: Nee: ■...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.4.3 Object ingang handmatige modus gebruiken Opties: Nee: ■ – Communicatieobject "Mx: Omschakeling handmatige modus" is niet vrijgeschakeld. ■ – Communicatieobject "Mx: Omschakeling handmatige modus" is vrijgeschakeld. Met de parameter kan het 1-bit-communicatieobject "Mx:Omschakeling handmatige modus" (ingang) vrijgeschakeld worden. Als via het object een aan-telegram wordt ontvangen, wordt de bewegingsdetectie gedeactiveerd en de melder kan alleen nog handmatig via het object "Mx: Externe impulsdrukker"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.6 Vrijgave 11.3.6.1 Vrijgaveobject melder gebruiken Opties: Nee: ■ – Communicatieobject "Mx: Vrijgave beweging" is niet vrijgeschakeld. ■ – Communicatieobject "Mx: Vrijgave beweging" is vrijgeschakeld. Met de parameter kan het 1-bit-communicatieobject "Mx: Vrijgave beweging" worden vrijgeschakeld. Via het object kan de bewegingsschakelaar tijdelijk worden geblokkeerd. Tijdens de blokkering worden geen telegrammen door de melder verzonden.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.6.3 Vrijgave met Opties: Aan-telegram Uit-telegram Aan-telegram: ■ – Apparaten worden via aan-telegram vrijgegeven. Uit-telegram: ■ – Apparaten worden via uit-telegram vrijgegeven. Normaal wordt met de ontvangst van een aan-telegram (waarde "1") via het 1-bit- communicatieobject "Mx: Vrijgave beweging" (ingang) van de bewegingsschakelaar vrijgegeven en met een uit-telegram (waarde "0") geblokkeerd.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.6.5 Uitgang verzendt bij vrijgave De mogelijke opties zijn afhankelijk van de parameter "Bedrijfsmodus". Opties bij selectie "Automatisch", "Automatisch uitschakelen" of "Automatisch inschakelen": Opties: Geen telegram Actuele toestand Eenmalig waarde voor inschakelen Eenmalig waarde voor uitschakelen Opties bij selectie "Bewaking": Opties: Geen telegram Eenmalig waarde voor uitschakelen...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "Melder" 11.3.6.6 Uitgang verzendt bij blokkeren De mogelijke opties zijn afhankelijk van de parameter "Bedrijfsmodus". Opties bij selectie "Automatisch", "Automatisch uitschakelen" of "Automatisch inschakelen": Opties: Geen telegram Uit na afloop van de nalooptijd Eenmalig waarde voor uitschakelen Eenmalig waarde voor inschakelen Opties bij selectie "Bewaking": Opties: Geen telegram...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "lichtsterktedetectie" 11.4 Applicatie "lichtsterktedetectie" Opties: Inactief Lichtsterktedetectie Inactief: ■ – Applicatie is niet actief. Lichtsterktedetectie: ■ – Applicatie is actief. Met de applicatie worden de parameters vastgelegd voor de lichtsterktedetectie en -bewaking. De volgende uitgangs-communicatieobjecten zijn beschikbaar: "BR: helderheid" ■...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "lichtsterktedetectie" 11.4.1.2 Object voor led gebruiken Opties: Nee: ■ – Communicatieobject "BR: Led" is niet vrijgeschakeld. ■ – Communicatieobject "BR: Led" is vrijgeschakeld. Met de parameter kan het 1-bit-communicatieobject "BR: Led" (ingang) vrijgeschakeld worden. Met het object kan de programmeer-led van het apparaat in- en uitgeschakeld worden. Opmerking Met het communicatieobject wordt alleen de led geschakeld.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "lichtsterktedetectie" 11.4.1.4 Uitgebreide parameters weergeven Opties: Nee: ■ – Alleen de belangrijkste parameters voor de lichtsterktedetectie zijn zichtbaar. ■ – De uitgebreide parameters worden weergegeven, ook parameters die in de meeste gevallen niet nodig zijn. De parameter schakelt extra functies vrij, bijvoorbeeld Uitgebreide parameters . 11.4.2 Uitgebreide parameters Opmerking...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "lichtsterktedetectie" 11.4.2.2 Aantal externe helderheidsmeetobjecten Opties: ■ – Alleen het communicatieobject "BR: Externe helderheid 1" is vrijgeschakeld. ■ – Naast het communicatieobject "BR: Externe helderheid 1" is het object "BR: Externe helderheid 2" vrijgeschakeld. Er kunnen tot twee externe helderheidssensoren worden aangesloten. Met de communicatieobjecten "BR: Externe helderheid 1/2"...
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "lichtsterktedetectie" 11.4.2.4 Weging ext. helderheid 1 Opties: Instelmogelijkheid van 1 tot 100 Met parameter kan de helderheidswaarde van de eerste externe sensor hoger dan, gelijk aan of lager worden gewogen dan de waarden van de interne en/of tweede externe sensor. Vervolgens wordt de gemiddelde waarde voor de lichtsterktedetectie gebruikt.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "lichtsterktedetectie" 11.4.2.6 Uitgang helderheid verzendt Opties: Cyclisch Cyclisch en bij waardewijziging Cyclisch: ■ – Helderheidswaarde wordt in vaste tijdsintervallen verzonden. Cyclisch en bij waardewijziging: ■ – Helderheidswaarde wordt in vaste tijdsintervallen en bij iedere wijziging van de helderheidswaarde verzonden. Met de parameter wordt vastgelegd of de helderheidswaarde in vaste tijdsintervallen of ook bij waardewijziging wordt verzonden.
Applicatie-/parameterbeschrijvingen Applicatie "lichtsterktedetectie" 11.4.2.9 Alarmobject Opties: Is gedeactiveerd Verzendt cyclisch Verzendt alleen bij verandering Is gedeactiveerd: ■ – Communicatieobject "BR: Alarm" is niet vrijgeschakeld. Verzendt cyclisch: ■ – Communicatieobject "BR: Alarm" is vrijgeschakeld. Telegrammen worden cyclisch naar de bus verzonden. Verzendt alleen bij verandering: ■...
Index Index Aansluiting, inbouw / montage ..........17 Levering ................13 Aantal externe helderheidsmeetobjecten ......61 Lichtonafhankelijke detectie activeren met ......47 Alarmobject ................64 Lichtonafhankelijke detectie na terugkeer busspanning ..48 Apparaatoverzicht ..............12 Applicatie "lichtsterktedetectie" ............58 Maatschetsen ...............16 "Melder" ................31 Melder is na terugkeer busspanning ........55 Applicatie-/parameterbeschrijvingen....
Pagina 67
Index Vrijgave ................54 Vrijgave met .................55 Uitgang helderheid verzendt ..........63 Vrijgaveobject melder gebruiken ..........54 Uitgang is van het type ............33 Vrijgavevertraging ..............54 Uitgang verzendt bij blokkeren ..........57 Uitgang verzendt bij vrijgave ..........56 Uitgangsobject verzendt bij ..........33 Waarde voor gereduceerde helderheid (%) ......39 Uitgebreide parameterinstellingen ........