De minimum waarde wordt gebruikt voor de
metingen loodrecht naar het richtpunt en de
maximum waarde voor de andere metingen. Dit
verhoogt aanzienlijk de nauwkeurigheid van de
indirecte meting.
Indirect Meten - Bepaling met twee punten
Zie figuur {K}
Druk op de PYTHAGORAS - toets {A, 10} totdat het
juiste pictogram in het display verschijnt. De afstand,
die moet worden gemeten, knippert in het display.
Voer de betreffende metingen uit. Het resultaat en
de enkelvoudige metingen verschijnen in het display.
WAARSCHUWING: Een rechte hoek is noodzakelijk
tussen de tweede meting en de resulterende afstand.
Wij adviseren om de DIST - toets {A, 1} lang in te
drukken om zo de loodrecht (min.) meetfunctie te
activeren.
Indirect Meten - Bepaling met drie punten
Zie figuur {L}
Druk op de PYTHAGORAS - toets {A, 10} totdat het
juiste pictogram in het display verschijnt. De lengte,
die moet worden gemeten, knippert in het display.
Voer de betreffende metingen uit. Het resultaat en
de enkelvoudige metingen verschijnen in het display.
WAARSCHUWING: Een rechte hoek is noodzakelijk
tussen de tweede meting en de resulterende afstand.
Wij adviseren om de DIST - toets {A, 1} lang in te
drukken om zo de loodrecht (min.) meetfunctie te
activeren.
Leica DISTO™ A5 1.1.0 nl
Indirect Meten - Bepalen van een gedeeltelij-
ke hoogte met drie punten
Zie figuur {M}
Druk op de PYTHAGORAS - toets {A, 10} totdat het
juiste pictogram in het display verschijnt. De lengte,
die moet worden gemeten, knippert in het display.
Voer de betreffende metingen uit. Het resultaat en
de enkelvoudige metingen verschijnen in het display.
WAARSCHUWING: Een rechte hoek is noodzakelijk
tussen de derde meting en de resulterende afstand.
Wij adviseren om de DIST - toets {A, 1} lang in te
drukken om zo de loodrecht (min.) meetfunctie te
activeren.
Opslag van Constanten/Geheugen
Opslag van een Constante
Het is mogelijk een veelgebruikte waarde, zoals de
hoogte van een kamer, op te slaan en terug te
roepen. Meet de gewenste afstand, druk op de
OPSLAG - toets {A, 6} en houdt deze ingedrukt tot
het apparaat piept om de opslag te bevestigen.
Oproepen van de constante
Druk op de OPSLAG - toets {A, 6} om de constante
op te roepen en beschikbaar te maken voor verdere
berekeningen door een druk op de IS-GELIJK - toets
{A, 4}.
Speciale functie: Aanpassen van de constante
Een gemeten waarde kan worden aangepast. Als de
IS-GELIJK - toets {A, 4} wordt ingedrukt, dan zal de
7
D
GB
F
I
E
P
NL
DK
S
N
FIN
J
CN
RC
ROK
PL
H
RUS
CZ
Functies