DE KETTINGKAST VERWIJDEREN
Schakel de fiets uit.
Plaats de fiets in een stabiele reparatiestandaard. Klem deze alleen op
de onderste zadelpen vast.
Indien gemonteerd, verwijdert u de frametas van de fiets.
Draai de vier montagebouten (A) aan de niet-aandrijfzijde van de fiets
los met behulp van een 3 mm inbussleutel.
Draai de montagebout (B) in de liggende achtervork aan aandrijfzijde
los met behulp van een 3 mm inbussleutel.
Verwijder de voorste kettingkast (C).
Draai de twee resterende bouten (D) op de achterste kettingkast los
met behulp van een 3 mm inbussleutel en verwijder ze.
29
A
B
C
D
RIEMSPANNER UITLIJNEN
De montagebouten van de riemspanner (A) bevinden zich onder de
brug van de liggende achtervork.
De montagegaten in het frame waar de riemspanner is gemonteerd,
staat speling voor afstelling toe.
Maak de twee montagebouten voldoende los met behulp van een 5 mm
inbussleutel om de riemspanner te kunnen uitlijnen.
Lijn de riemspanner uit zodat deze parallel met de riem is en lijn de rol
(B) naar het midden van de riem uit met evenveel ruimte aan elke kant
van de riem.
Draai de montagebouten vast. Zorg dat de spanner niet beweegt.
Draai de bouten tot de opgegeven waarde vast met behulp van een
momentsleutel en een 5 mm inbusbit.
Draai de cranks vier keer terwijl u de rol in de gaten houdt. De riem
mag op geen enkel punt de flenzen van de rol raken.
B
A
Nm
in-lbf