OPTISWITCH 5300 C • Relais
Het instrument moet na het herinschakelen dezelfde schakeltoe-
stand innemen.
Wanneer dit niet het geval is, is er een fout in het meetsysteem
aanwezig.
Let erop, dat de nageschakelde instrumenten gedurende de
functietest worden geactiveerd.
2. Bedien de bedrijfsstandenschakelaar (min./max.)
Controleer, of de schakeltoestand wijzigt (controlelamp-scha-
keltoestand). Daarmee kunt u de correcte werking van het
meetsysteem controleren.
Wanneer dit niet het geval is, is er een fout in het meetsysteem
aanwezig.
Let erop, dat de nageschakelde instrumenten gedurende de
functietest worden geactiveerd.
3. Vul de tank tot het schakelpunt.
Controleer, of de schakeltoestand wijzigt (controlelamp-scha-
keltoestand). Daarmee kunt u de correcte werking van het
meetsysteem controleren.
Wanneer dit niet het geval is, is er een fout in het meetsysteem
aanwezig.
Let erop, dat de nageschakelde instrumenten gedurende de
functietest worden geactiveerd.
De dekkingsgraad van de test vindt u in de Safety Manual.
6 In bedrijf nemen
27