Toegang krijgen tot de geïntegreerde webserver
Met behulp van de geïntegreerde webserver kunt u uw printer en afdruktaken op afstand beheren via
een gewone webbrowser op een willekeurige computer.
Opmerking Voor het gebruik van de geïntegreerde webserver hebt u een TCP/IP-verbinding
met de printer nodig. Als u een AppleTalk-, Novell- of USB-verbinding met de printer hebt, kunt
u de geïntegreerde webserver niet gebruiken.
De volgende browsers zijn getest op compatibiliteit met de geïntegreerde webserver:
●
Internet Explorer 5.5 of hoger, voor Windows
●
Internet Explorer 5.2.1 of hoger, voor Mac OS 9
●
Internet Explorer 5.1 of hoger, voor Mac OS X
●
Netscape Navigator 6.01 of hoger
●
Mozilla 1.5 of hoger
●
Safari
Er zijn verschillende manieren om de geïntegreerde webserver te openen:
●
Open uw webbrowser op een willekeurige computer en geef het adres van uw printer op. U kunt
het adres van de printer (begint met http:) op het voorpaneel weergeven door het pictogram
te markeren.
●
Selecteer Status of my printer (Status van mijn printer) of Manage my printer's queue (Mijn
printerwachtrij beheren) op het tabblad Services in het Windows-printerstuurprogramma of het
paneel Voorzieningen in het Mac OS-printerstuurprogramma.
●
Op een Windows-computer waarop de software voor uw printer is geïnstalleerd, dubbelklikt u op
het bureaubladpictogram Printer Access Utility (Hulpprogramma Printertoegang) en selecteert u
de printer.
Als u deze instructies hebt opgevolgd maar geen toegang hebt tot de geïntegreerde webserver, gaat u
naar De browser heeft geen toegang tot de geïntegreerde webserver.
IP gebruiken via FireWire in Mac OS X 10.3 en hoger
Als u Mac OS X 10.3 of hoger gebruikt en een FireWire-verbinding met de printer hebt, kunt u een IP-
adres voor de printer instellen om de geïntegreerde webserver te kunnen gebruiken. U doet dit als volgt:
1.
Open Systeemvoorkeuren en klik op Netwerk.
2.
Kies Netwerkpoortconfiguraties in het pop-upmenu Toon.
3.
Als er geen FireWire-poortconfiguratie in de lijst staat, klikt u op Nieuw en kiest u FireWire in het
pop-upmenu Poort. U kunt de nieuwe poortconfiguratie een naam geven, bijvoorbeeld FireWire.
4.
Sleep de poortconfiguratie naar de eerste positie van de lijst met poortconfiguraties. Op die manier
zorgt u dat er een IP-adres wordt toegewezen aan de poort.
5.
Klik op Pas nu toe.
112
Hoofdstuk 5
Hoe... (onderwerpen over printergebruik)
NLWW