9.1.6 Gen Set signalering (GEN ON)
Indien een noodgenerator verantwoordelijk is voor de voeding van de UPS ingeval van spanningsuitval,
kan het zijn dat de frequentie van de generator erg instabiel is.
In dit geval kan het zinvol zijn om het signaal "Generator ON" te installeren op X1 / 11, 22 of J2 / 11, 24
(zie Fig. 9.1-1 / X1 en J2).
De parameter voor het aflezen van de Generatorfunctie is beveiligd met een password.
Voor het activeren ervan dient U contact op te nemen met Uw Service Centrum.
Wanneer dit contact sluit, worden bepaalde (programmeerbare) functies gewijzigd, zoals:
•
Activering of deactivering van de synchronisatie en daarmee het overschakelen van de last naar de
generator.
•
Het feit dat de batterij tijdens bedrijf van de generator niet wordt opgeladen of de vertragingstijd
waarmee de batterij begint met opladen na het opstarten van de generator.
In een parallelsysteem moet een separaat NO-contact afzonderlijk worden
aangesloten op elke unit.
9.1.7 AUX externe onderhoudsbypass.
Indien het UPS-systeem is uitgerust met een externe onderhoudsbypass-schakelaar, bestaat de
mogelijkheid om een normaal open (NO) vrij hulpcontact van de externe bypass-schakelaar aan te
sluiten op de programmeerbare ingang X1 / 10, 21 of J2 / 10, 23.
Hierdoor zal de UPS functioneren alsof de interne schakelaar Q2 gesloten is.
Deze functie kan worden geactiveerd door de bijbehorende parameter te wijzigen (hiertoe is een
wachtwoord vereist).
Zodra dit NO-contact sluit, wordt de uitgangsomvormerschakelaar K7 automatisch geopend en wordt
voorkomen dat de last wordt teruggeschakeld naar de omvormer.
In een parallelsysteem moet de ingang op de gebruikersinterface van iedere unit
zijn verbonden met een separaat AUX-contact van de externe onderhoudsbypass-
schakelaar.
Modifications reserved
OPM_SPE_XXX_60K_60K_8NL_V020.doc
Pagina 89/99
Handleiding SitePro 60 kVA / S8