Pagina 2
Key sheet Revisie Wijziging paragraaf Datum wijziging - 2 - rev. 00 G_tnk_N_402466.doc...
Pagina 3
Verder behoudt Veenhuis Machines B.V. zich het recht tot herbewerking van deze publicatie en het uitvoeren van veranderingen van de inhoud over bepaalde periodes zonder verplichting van vooraankondiging van zulke herbewerking en verandering voor.
Pagina 4
VOORWOORD Hoe deze handleiding te gebruiken Deze handleiding is gemaakt om te helpen de machine veilig te gebruiken en te onderhouden. De handleiding is bedoeld voor de gebruiker van de machine. De handleiding is verdeeld in 7 hoofdstukken, aangevuld met overzichten, tekeningen, schema’s, verklaringen en bijlagen, om u eenvoudig toegang te geven tot de gewenste informatie.
Schrijfwijze van belangrijke tekstgedeelten Teksten in deze handleiding die speciale aandacht verdienen, zijn in de volgende vorm aangegeven. Tip: Geeft de gebruiker suggesties en adviezen om bepaalde taken gemakkelijker of handiger uit te voeren Let op: Een opmerking met aanvullende informatie; maakt de gebruiker attent op mogelijke problemen Gebruiker kan zichzelf (ernstig) verwonden of het product ernstig Waarschuwing:...
INHOUDSOPGAVE INLEIDING ............................9 1.1. Leveringsvoorwaarden ......................9 1.2. Leveranciersinformatie ......................9 1.3. Onderdelen bestellen ....................... 9 1.4. Vragen ............................9 1.5. Bediener ..........................10 1.6. Gebruiksdoel van de machine ....................10 1.7. Gevolgen bij oneigenlijk gebruik ..................... 10 1.8. Veiligheidscomponenten ......................
Pagina 7
5.5.3. Werklamp(en) aan/uit ....................31 5.5.4. Werklampen op de zuigarm aan/uit ................31 5.5.5. Zwaailamp(en) aan/uit ....................31 5.6. Eindmenu..........................31 5.6.1. Ontluchtingsklep open ....................32 5.6.2. Ontluchtingsklep dicht ....................32 5.6.3. Afsluiter open ......................32 5.6.4. Afsluiter dicht ......................32 5.6.5.
Pagina 8
OVERZICHT VAN FIGUREN Figuur 2-1 Overzicht tekening tank ......................11 Figuur 2-2 werking vochtvanger ....................... 13 Figuur 3-1 gevarenzone rondom machine ....................15 Figuur 3-2 Pictogrammen lijst ........................16 Figuur 5-1 Drukloos zetten topdrukcilinder ....................25 Figuur 5-2 kogelkraan hydr systeem ......................26 Figuur 5-3 lekreservoir hydr systeem .......................
1.4. Vragen Indien u vragen heeft over de werking van de machine kunt u zich tot uw dealer of tot de fabrikant: Veenhuis Machines BV (afd. technische dienst) Postbus 35 8100 AA Raalte tel. +31 572 345434, fax. +31 572 345435 service@veenhuis.com...
Hoofdstuk 1 Inleiding 1.5. Bediener De machine mag slechts bediend worden door personen die ervaring hebben met het bedienen van landbouwmachines. Alvorens met de machine te gaan werken dient u eerst zorgvuldig de handleiding te lezen. Bij het werken met de machine moeten de aanwijzingen uit de handleiding worden opgevolgd. Voordat met de machine te gaan werken dient u eerst zorgvuldig de handleiding te lezen.
Hoofdstuk 2 Product beschrijving PRODUCT BESCHRIJVING 2.1. Uitvoering Figuur 2-1 Overzicht tekening tank Type Quad bemesting tank Vacuüm uitvoering Tankinhoud 11000 Ltr. lengte ±6,9 m (exclusief bemester) Breedte: ±3,0 m (over de banden gemeten) Hoogte: ±3,95 m (maaiveld tot hoogste punt tank; Diameter tank Lengte tank Max Toelaatbare...
Hoofdstuk 2 Product beschrijving Regelingen Automatische dosering kouterdruk Omkeer en proportioneel Veiligheid Standaard vacuümtank 2.2. Hydraulisch systeem De tank is voorzien van een centraal loadsensing ventielenblok van waaruit de machine aangestuurd wordt. Als geen van de functies wordt bediend staat de het hydraulieksysteem op stand-by druk.
Hoofdstuk 2 Product beschrijving 2.5. Overloopveiligheid en vochtvanger Vacuümtank Boven in de tank zit een overloopbeveiliging gemonteerd. Dit zijn twee rubberen ballen die op de mest drijven. Als de tank vol is blokkeren de ballen de aanzuigleiding waardoor er geen mest in de vacuümleiding kan komen.
Hoofdstuk 2 Product beschrijving 2.6. Overdrukveiligheid De vacuümpomp(en) is uitgevoerd met een overdrukventiel. Deze is afgesteld op 0,5 bar. Boven op de tank is een overdrukveiligheid en een veiligheidsdeksel gemonteerd. Waarschuwing: Alle veiligheidsventielen zijn verzegeld. Als één van de zegels wordt verbroken, vervalt de garantie. 2.7.
Hoofdstuk 3 Veiligheid VEILIGHEID 3.1. Inleiding In dit hoofdstuk komen alle veiligheidsaspecten van de machine aan de orde. Het is dan ook van groot belang dat iedereen die met de machine werkt, op de hoogte is van de inhoud van dit hoofdstuk. Tip: Als de veiligheidsaspecten voor u onduidelijk zijn, vraag dan om uitleg bij de producent.
Hoofdstuk 3 Veiligheid 3.4. Verklaring van gebruikte symbolen Hieronder volgt een opsomming van de symbolen en waarschuwingen, die op de machine en in de handleiding gebruikt worden. Figuur 3-2 Pictogrammen lijst Lees voor het gebruiken van de Afscherming niet verwijderen. Gevaar machine eerst de gebruiksaanwijzing voor snijden / afhakken van en volg de veiligheid- en bediening-...
Pagina 17
Hoofdstuk 3 Veiligheid Pas op. Wegvliegende delen. Houd Pas op. Hete oppervlakken. Gevaar voldoende afstand. voor verbranding van ledematen. Houd voldoende afstand. 985.105 985.109 Hangende last. Gevaar voor Het is verboden om op de machine beknelling van voeten en benen. Houd mee te rijden.
Pagina 18
Hoofdstuk 3 Veiligheid Voor wegtransport eerst Hydraulische installatie met hoge transportbeveiliging inschakelen. druk. Kom niet in de buurt indien er een lek is. De oliestraal gaat door de huid en veroorzaakt bloedvergiftiging. Houd voldoende afstand. 985.119 985.114 Gevaar voor omvallen van de Gevaar op het verliezen van u machine.
Hoofdstuk 3 Veiligheid 3.5. Algemene voorschriften voor veiligheid en ongevallenpreventie 3.5.1. Basisregel Controleer voor elk gebruik de tractor en de machine op veiligheid voor werk en verkeer. 3.5.2. Algemene regels Neem naast de specifieke eisen in deze gebruikershandleiding ook de algemeen geldende voorschriften voor veiligheid en ongevallenpreventie in acht! De op of aan de machine aangebrachte platen/stickers geven belangrijke aanwijzingen voor een gevaarvrij gebruik.
Hoofdstuk 3 Veiligheid 3.5.3. Hydraulisch systeem Een hydraulisch systeem staat onder hoge druk! Gebruik bij het zoeken naar lekkage altijd een hulpmiddel (plankje, stevig karton o.i.d.)! Dit om verwondingen te voorkomen! Houd nooit uw hand op een lek in de hydraulische installatie! Controleer hydraulische slangen regelmatig en vernieuw ze bij beschadiging en/of verouderen direct! De nieuwe slangen moeten aan de technische eisen van de fabrikant voldoen!
Hoofdstuk 4 Ingebruikname INGEBRUIKNAME 4.1. Eerste inbedrijfstelling Lees voordat u de machine in bedrijf stelt zorgvuldig dit hoofdstuk. Lees ook dit hoofdstuk als u van tractor wisselt om problemen en schade aan tractor en machine te vermijden. Bij transport over de openbare weg moet de machine voldoen aan de bepalingen in de wegenverkeerswet.
Hoofdstuk 4 Ingebruikname 4.2.2. Hydraulische aansluiting De machine moet aangesloten worden op het hydraulisch systeem van de tractor • 1x ¾” pers • 1x ¾” retour • 1x ½” lekleiding • 1x ⅜” load-sensing • 1x ⅜” remleiding Het hydraulische systeem is gevuld met Eurol Hykrol CT Fluid API- GL4 HLP 32/46 Niveau! Controleer of de hydraulische olie van tractor geschikt is voor de Let op: machine.
Hoofdstuk 4 Ingebruikname 4.3. Aftakas Aftakas type De machine is uitgevoerd met een groothoekkoppelingsas met een aansluitgaffel met 6-tands vertanding van 1 3/8" aan tractorzijde. Controleer of uw aftakas van de tractor geschikt is voor deze koppeling. Het maximaal toegestane toerental van de aftakas is 1000 omw./min. Inkortprocedure koppelingsas: Door de verschillende afmetingen van de aftakassen van trekkers is correctie van de lengte van de koppelingsas noodzakelijk.
Hoofdstuk 4 Ingebruikname 4.4. Snelkoppelingen functies bemester Aan de linker achterzijde aan de tank zijn snelkoppelingen bevestigd om de functies van de bemester mogelijk te maken. Hieronder zijn de functies van de snelkoppelingen omschreven met behulp van een afbeelding. 1: (M) Grijs : Voetafsluiter dicht 2: (V) Grijs : Voetafsluiter open...
Hoofdstuk 5 Bediening BEDIENING 5.1. Gevaarlijke gebruiksomstandigheden Gebruiksomstandigheden die direct gevaar voor lichamelijk letsel opleveren zijn o.a.: Meerijden op de machine. Zich bevinden in het gevarenbereik van de draaiende koppelingsas. Zich bevinden in de gevarenzone, terwijl de machine in werking is. ...
Hoofdstuk 5 Bediening 5.2.2. Afkoppelen van de machine Voer de volgende procedure uit bij het afkoppelen van de machine: 1. Parkeer de combinatie zodanig dat de machine recht achter de tractor staat; 2. Voor het afkoppelen van de hydraulische slangen de rode kraan openen. Deze kraan bevindt zich op de steun van de breedteschilden;...
Hoofdstuk 5 Bediening 5.3. Uitleg jobcontroller 5.3.1. Bedieningskast voor bemestertank De machine is voorzien van een bedieningskast die in de cabine van de trekker gemonteerd is. De bedieningskast is uitgevoerd met druktoetsen en draaiknoppen die voor de bediening zorgen van de verschillende functies van de machine. Hieronder volgt de uitleg van de bedieningskast en de afbeeldingen met de daar bij behorende functies.
Pagina 28
Hoofdstuk 5 Bediening Knop 2 Automatische dosering flowmeter Door aan deze draaiknop te bedienen kunt u de dosering naar behoefte instellen. Het instellen van de dosering dient u tijdens het bemesten te doen en wanneer de gewenste waarde is ingesteld dan zal de dosering automatisch deze waarde handhaven.
Hoofdstuk 5 Bediening 5.4. Startmenu * eindmenu * pijl rechts topstang dosering auto inklappen uitklappen bemester op bemester neer vullen legen start stop 5.4.1. Vorige pagina Door deze toets te bedienen kunt u terug bladeren naar het vorige menu. 5.4.2. Volgende pagina Door deze toets te bedienen kunt u door bladeren naar het volgende menu.
Hoofdstuk 5 Bediening 5.4.6. Bemester uitklappen (verdeler aan) Wanneer u deze toets bedient worden er 3 functies verricht: De bemester klapt uit en de verdeler wordt ingeschakeld en de vacuümpomp gaat op druk staan.. De reden dat de verdeler gaat draaien wanneer u de bemester uitklapt is dat op deze manier niet vergeten wordt om verdeler aan te zetten.
Hoofdstuk 5 Bediening 5.5. Instelmenu 1 * pijl links * pijl rechts trekboom op trekboom neer werklamp 2e werklamp werklamp arm zwaailamp * loonwerkermenu * machine bewaar start stop 5.5.1. Trekboom op De tank is uitgevoerd met een hydraulisch geveerde trekboom. Deze trekboom is in hoogte verstelbaar.
Hoofdstuk 5 Bediening 5.6.1. Ontluchtingsklep open De ontluchtingsklep boven op de bemestingstank wordt automatisch bedient bij het in schakelen van de pomp. Wanneer de ontluchtingsklep geopend moet worden voor andere doeleinden, dan kan dat door middel van deze functietoets te bedienen.
Pagina 33
1681 check 1789 icode mach 2. Taal Er zijn 3 taalkeuzes mogelijkheden bij de Veenhuis Jobcontroller. Duits, Engels en Nederlands. In het menu Taal kan men de gewenste taalsoort kiezen. Taal Nederlands Deutsch English Met behulp van de pijltoetsen kan men de gewenste taal selecteren en bevestigen met de enter toets.
Pagina 34
–balvorming- ,onder de verdeler rotor, door voerresten voorkomen wordt! Indien bij -omkeer auto- een -0- geselecteerd wordt, zal de verdeler maar één draairichting hebben. (Bij een niet Veenhuis bemesters soms wenselijk) - 34 - rev. 00...
Pagina 35
Hoofdstuk 5 Bediening 4. Kogelkraan. Kogelkraan Kogelkraan Aan-tijd Wisseltijd Spindel min Spindel max …. Sensor a 2: Op deze pagina wordt de regeling van de kogelkraan ingegeven. Deze waarden mogen niet veranderd worden. De ‘aan-tijd’ betekent, dat de spindelmotor van de doseringskogelkraan 200 msec.
Pagina 36
Hoofdstuk 5 Bediening 5. Start / Stop. De tank is voorzien van een zogenaamde ‘start-stop’ systeem. Dit wil zeggen dat de tractorchauffeur bij aanvang, en bij het einde, van een werkgang alleen de -toets hoeft in te drukken. De hefinrichting, tankafsluiters en voetafsluiters enz., worden vervolgens automatisch aangestuurd.
Pagina 37
Hoofdstuk 5 Bediening 6. Pomp (Beluchting) Op deze pagina is de omschakeltijd van druk - vacuüm van de vacuümpomp in te stellen. Dit betekent, dat wanneer men 1x op de vacuüm- of drukknop drukt het signaal 6 sec. duurt. Bij het wisselen van druk naar vacuüm in de tank, wordt er automatisch een ontluchtingsklep geopend.
Pagina 38
Hoofdstuk 5 Bediening 7. Stroomregeling In dit menu mag niets veranderd worden. Dit zijn parameters waarmee de kouterdruk regeling ingesteld wordt. Kouter min. 100 minimale kouterdruk. Kouter max. 60.000 maximale kouterdruk. Mixer 100 nvt Aftoeren CP 0 nvt Stroomregeling Kouter min...
Pagina 39
Hoofdstuk 5 Bediening 9. Tank vol / leeg Tank leeg 250. In dit menu is het mogelijk het niveau in te stellen wanneer de tank leeg is. Om te voorkomen dat er lucht door de flowmeter gaat wanneer de tank leeg is, wat leidt tot schommeling van de flowmeter, moet men kunstmatig aan geven wanneer de tank leeg is.
Pagina 40
Hoofdstuk 5 Bediening 10. Hydr. druk. Hydr. Druk Alarm Bereik a 3: …. Sensor Alarm: 750: In dit menu is het mogelijk de alarm-druk in te stellen en het bereik van de indicatiebalk Dit zijn rekeneenheden die men niet moet verwarren met werkelijke drukken. Met behulp van een oliedruksensor wordt de oliedruk bewaakt en wordt de chauffeur gewaarschuwd indien de verdeler vast slaat.
Pagina 41
Hoofdstuk 5 Bediening 11. Secties Secties Aantal Breedte 1 Breedte 2 Breedte 3 Breedte 4 Breedte 5 Onafh. Stop=geheugen Aan-tijd De mesttank is niet uitgevoerd met deelbreedte (sectie) schakeling! Op deze pagina heeft men de mogelijkheid om de deelbreedtes van de bemester te programmeren (indien de bemester uitgevoerd is met een sectiebreedte- systeem) Bij sectie afsluiting worden de betreffende voetafsluiters en pendelcilinders...
Pagina 42
Hoofdstuk 5 Bediening 12. Pulsen. Pulsen Wiel: ppk 1430 Factor Lage snelh Flow: ppl Sim. snelh. Sensor d1: 0.0 35636 d2: 0.0 Het pulsen menu heeft betrekking op de mest- en snelheidmeting. In dit menu zijn de parameters weergegeven die nodig zijn om de snelheid en de flowmeting te realiseren.
Pagina 43
Hoofdstuk 5 Bediening Sim snelheid: Met de –sim-snelheid wordt de mogelijkheid geboden om de flowmeting bij stilstaand voertuig te testen. Met behulp van de pijltoetsen komt met op de –sim snelheid- waarna men met de plus- en mintoets een snelheid programmeren kan. Sensor d1 +d2 geven de pulsen aan van de rijsnelheid en flowmeter 13.
Door op de reset - toets te drukken worden de uren, m³, vrachten op nul gezet. Overal waar –tot- achterstaat wordt niet gewijzigd. Machine BEM_PROP_KOUTER Veenhuis Datum 17-06-12 Versie B3.04.77 V bk. V2.16...
Hoofdstuk 5 Bediening Testmethode 2: (bijv. bemester inklappen - uitgang 14) Druk op de -toets waardoor de uitgangenlijst zichtbaar wordt. Druk vervolgens op de -toets. Vervolgens kan men met de pijltoets naar uitgang 14 bewegen en deze uitgang –hoog- maken door op de -toets te drukken.
Hoofdstuk 5 Bediening 5.10. Vullen van de tank 5.10.1. Vullen van de tank via de zijafsluiter 1. Sluit de zuigslang aan de op de zij afsluiter 2. Zet de pomp op vacuüm 3. Zet de aftakas aan en verhoog het toerental naar 1000 tpm 4.
Pagina 48
Hoofdstuk 5 Bediening Tank vol: 1. Als de tank vol is wordt de pomp automatisch uitgeschakeld, en wordt de afsluiter gesloten; 2. Eventueel kan er nagevuld worden; bedien opnieuw afsluiter open (en hou deze vast). Laat de turbo zolang doorlopen totdat de oliedruk gaat dalen (af te lezen op de manometer).
Hoofdstuk 5 Bediening Deze druk is af te lezen op de manometer. Deze druk zal bij goed gemixte mest afgeregeld moeten worden op 0,3 – 0,4 bar. Wanneer er een afgifte is ingesteld en deze niet overeenkomt in de werkelijkheid, zal de rijsnelheid en de druk aangepast moeten worden. 5.14.
Hoofdstuk 5 Bediening Op de wendakker: 1. Einde werkgang “STOP” bedienen; 2. Einde wendakker “START” bedienen; Stoppen en wegrijden voor transport: 1. Voor stoppen “STOP” bedienen; 2. Bemester opklappen; 3. Aftakas uitschakelen. 5.15.3. Alarm tijdens bemesten Als de snijverdeler blokkeert (bedieningskast geeft alarm weer op het display en d.m.v. pieptoon) dan moet u de functie ‘bemester op’...
Hoofdstuk 6 Reiniging en onderhoud REINIGING EN ONDERHOUD 6.1. Te nemen veiligheidsmaatregelen Voor het verrichten van onderhoud of doorsmeren van de machine moet men ervoor zorgen dat: De motor is afgezet en de contactsleutel is verwijderd; De machine niet kan wegrollen (handrem of wielkeggen); De aftakas is uitgeschakeld;...
Max. opgenomen vermogen [kW] Netto gewicht [kg] 130 (netto gewicht) Olie Veenhuis pompolie (ISO VG220) Olievoorraadtank [ l ] Onderhoud Controleer dagelijks het oliepeil van de pomp. Indien het oliepeil te laag is moet u het oliereservoir volledig vullen. Voldoende olie...
Hoofdstuk 6 Reiniging en onderhoud Onderhoudsschema Olie bijvullen. Als oliepeil zichtbaar is op het peilglas. Na elke werkdag. Afgewerkte olie aftappen. Na bijvullen van olie. Na elke werkdag. Luchtfilter schoonblazen. Na elke werkdag. Na 40 bedrijfsuren (afhankelijk van Cycloonfilter (optioneel) schoonmaken. bedrijfsomstandigheden).
Hoofdstuk 6 Reiniging en onderhoud 6.7. Preventief onderhoud voor winter stalling Voer de procedures uit voor langdurige stilstand zoals beschreven in tabel 6-1. De volgende onderhoudsinstructies zijn een aanvulling hierop. 1. Maak de complete machine goed schoon. Elektrische delen niet met een HD reiniger reinigen. Let op: 2.
Hoofdstuk 6 Reiniging en onderhoud 6.9. Premiumturbo Figuur 6-2 afbeelding Premiumturbo Tabel 2 eigenschappen Premium turbo 8” 90 l/min Type Toerental pomp [rpm] 2000 Max. oliedruk hydro-motor [bar] Max. olie doorvoer [l/min] 35 Netto gewicht incl. hydro-motor [kg] Opgenomen vermogen [kW] 20 (bij 200bar oliedruk en 2000 rpm) Het is aan te raden om voor het eerste gebruik van de centrifugaalpomp, de...
Pagina 59
Hoofdstuk 6 Reiniging en onderhoud Te vroeg stoppen met vullen. Als de rubberbal van de veiligheid de pompleiding afdicht, moet men nog enige tijd de turbo laten doordraaien. Hierdoor wordt extra mest in de tank gepompt. Tip: Om te kunnen zien of de centrifugaalpomp werkt, kunt u een manometer op de persleiding van de hydromotor zetten.
Hoofdstuk 6 Reiniging en onderhoud 6.10. Onderhoud Assen 6.6.1 Smeren van Assen Bij Vaste assen: De lagers van de remassen en de remhevel, zie “controle en smeren remstangsteller” 6.6.2 Wielmoeren aandraaien De wielmoeren dienen 4 uur na eerste ingebruikname nagetrokken worden.
Hoofdstuk 6 Reiniging en onderhoud 6.11. Can-Bus Job-controller 6.11.1. Algemeen Het Can-Bus Jobcontroller systeem stuurt de hydraulische componenten aan. In de bijlagen bevindt zich het aansluitschema van het elektrisch systeem 6.11.2. Onderhoud Controleer de kast van binnen op condens. Maak de kast desgewenst droog, zet de machine op een droge plek en laat de deur van de kast enige tijd openstaan tot de kast weer goed droog is.
7.1.1. Garantiebepalingen Veenhuis Machines BV geeft u het recht op garantie voor materiaal- en constructiefouten gedurende 12 maanden na aflevering. Delen die binnen deze periode aantoonbaar als gevolg van een materiaal- of constructiefout defect raken, worden na beoordeling door Veenhuis Machines BV vervangen;...
Bijlagen BIJLAGEN BIJLAGE A: EG-verklaring van overeenstemming EG-verklaring van overeenstemming (volgens bijlage IIA van de machinerichtlijn) wij, Veenhuis machines BV, Almelosestraat 54, Postbus 35, 8100 AA, Raalte, Nederland. verklaren onder geheel eigen verantwoordelijkheid dat het product: Quad bemestingstank 11000 liter...
Bijlagen BIJLAGE C: Olie en vetten Opm. Vacuümpomp: Olie Veenhuis pomp olie (ISO VG220) Hydraulische olie in systeem en Eurol Hykrol CT Fluid API- GL4 HLP 32/46 Niveau! handpomp. Vet voor alle smeerpunten / nippels LS-EP2 (tenzij anders aangegeven) Vet voor Vacüumpomp...
(bedieningskast of job-controller) te openen. ESD rechtstreeks op een print heeft meestal schade tot gevolg. Daarnaast bevinden er zich in de kasten geen onderdelen die bij Veenhuis of bij de klant vervangen kunnen worden. Bij het laden van nieuwe software voor de bedieningskast moet nu nog de kast geopend worden. Daarom mag dit alleen gedaan worden door gekwalificeerd personeel.
Pagina 67
Bijlagen Wanneer op de kabel een bericht komt, dan zal het spanningsniveau op de beide draden tegengesteld zijn aan elkaar; d.w.z. als CAN_H 0 Volt is dan is CAN_L 5 Volt en omgekeerd. Dit is alleen goed te zien m.b.v. een oscilloscoop. Bij geen berichten is de spanning op beide draden 0 Volt. Alle CAN-verbindingen moeten aan de uiteinden afgesloten zijn met een weerstand van 120 ohm, om zoveel mogelijk storingen te voorkomen.
Pagina 68
Bijlagen Foutzoeken Indien er zich een storing voor doet met de bediening van de tank kan men op drie verschillende manieren een controle uitvoeren om een storing te lokaliseren. Houdt druktoets rechtsboven (= toets 5) ingedrukt en schakel bedieningskast aan. Laat druktoets los en de bedieningskast start met een test van de bedieningskast.
Pagina 69
Bijlagen Indicaties Bij het verhelpen van storingen kunnen verschillende indicaties een hulpmiddel zijn om de mogelijke oorzaak van de storing op te sporen. Hieronder is geprobeerd een zo volledig mogelijk overzicht te geven. Onderstrepingen geven aan dat bij reparatieopdracht dit vermeld moet worden. Symptoom Mogelijke oorzaak Werking van de...
Pagina 70
Bijlagen een sterretje (ingang niet actief). Uit- of ingang reageert niet. In-/uitgangscircuit defect. In in-/uitgangmenu werkt in- /uitgang ook niet. Hulpmiddelen via Toets 9 in machinemenu geeft rst bk: aantal keer dat bedieningskast diagnose-informatie. bedieningskast opnieuw is gestart: normaal: 0. st jc: aantal keren aanzetten van de besturing.
Pagina 71
Bijlagen - 71 - rev. 00 G_tnk_N_402466.doc...
Bijlagen BIJLAGE F: Bandenspanningstabel De tank is voorzien van: BKT 650/65 R42 RT-657 165D / 168 A8 banden In onderstaande tabel is af te lezen wat de benodigde bandenspanning is. Waarschuwing: Controleer altijd de toegestane minimum en maximaal toelaatbare bandenspanning aan de hand van de bandenspanning tabel!! Te lage bandenspanning veroorzaakt scheurvorming in wang en hiel van de band! - 73 -...