Inhoudsopgave
Advertenties
De juiste afstelling hangt af van het papier dat u gebruikt.
Papierdikte (μm)
65
75
Papierdikte (μm)
65
75
85
95
105
130
150
C
B
A
Kern van papierrol
Bij gebruik van een papierrol met een kern met een binnendiameter (A) van ø12 en
een buitendiameter (B) van ø18
Gedetecteerde diameter (C)
(mm (ongeveer))
Niveau 1
Niveau 2
ø23
ø27
Bij gebruik van een papierrol met een kern met een binnendiameter (A) van ø25,4
en een buitendiameter (B) van ø32
Gedetecteerde diameter (C)
(mm (ongeveer))
Niveau 1
Niveau 2
ø36
ø40
Opmerking:
1) De printer is van fabriekswege ingesteld op niveau
2) Met de bedieningsschakelaar of geheugenschake-
3) De hierboven genoemde gedetecteerde diameter en
C
4) Als dik papier wordt gebruikt (papierdikte tussen
Niveau 3
Niveau 1
ø31
2,5
2,1
Niveau 3
Niveau 1
ø44
2,8
2,4
2,1
1,9
1,7
1,4
1,2
1 voor horizontale plaatsing en niveau 3 voor verti-
cale plaatsing of wandmontage.
laar A kan worden gekozen voor horizontaal of ver-
ticaal (wandmontage). Raadpleeg de aparte hand-
leiding met specificaties voor het instellen van de
geheugenschakelaar.
de resterende papierlengte zijn berekende waarden.
Er kunnen lichte verschillen optreden, afhankelijk
van het opgerolde papier of het mechanisme.
100 μm en 150 μm), kan het papier losser op de rol
gaan zitten met afwijkingen in de gedetecteerde
waarden tot gevolg. Zet de afstelling daarom op ni-
veau 3 voor horizontale plaatsing.
– 32 –
Resterende papierlengte
(m (ongeveer))
Niveau 2
4,9
4,2
Resterende papierlengte
(m (ongeveer))
Niveau 2
6,4
5,5
4,9
4,4
4,0
3,2
2,8
Niveau 3
7,7
6,7
Niveau 3
10,4
9,0
7,9
7,1
6,4
5,2
4,5
Advertenties
Inhoudsopgave
