De pomp loopt warm, maar er is geen warmtetransport van de collector naar de
boiler, de voor- en terugloop zijn even warm; eventueel ook borrelen in de leiding.
Zit er lucht in het systeem?
nee
ja
Is het collectorcircuit bij de vuilvan-
ger verstopt?
ja
De pomp draait korte tijd, schakelt uit, schakelt weer in, enz. ("pendelen" )
Temperatuur verschil bij de regelaar
te klein?
nee
ja
Collectorsensor onjuist geplaatst?
nee
ja
Plausibiliteitscontrole van de optie
buiscollectorfunctie
O ntlucht het systeem; breng de
systeemdruk minimaal op de stati-
sche voordruk plus 0,5 bar; verhoog
de druk evt. nog verder; schakel de
pomp kort in en uit.
Vuilvanger reinigen
Taan en Tuit overeenkomstig
wijzigen.
ok
nee
Plaats de collectorsensor bij de
zonnevoorloop (warmste collector-
uitgang); gebruik de dompelhuls van
de betr. collector.
De pomp wordt blijkbaar laat ingeschakeld.
Inschakeltemperatuurverschil Taan
te groot gekozen?
nee
ja
Collectorsensor ongunstig geplaatst
(bv. contactsensor i.p.v. dompelsen-
sor)?
ja
Het temperatuurverschil tussen de boiler en de collector wordt gedurende de
werking zeer groot; het collectorcircuit kan de warmte niet afvoeren.
Pomp van het collectorcircuit
defect?
nee
ja
W armtewisselaar verkalkt?
nee
ja
W armtewisselaar verstopt?
nee
ja
W armtewisselaar te klein?
ja
Taan en Tuit overeenkomstig
wijzigen.
Activeer eventueel de buiscollec-
torfunctie.
ok
Controleren / ver vangen
O ntkalken
Spoelen
Bereken de dimensionering opnieuw
53