10 Schoonmaak, onderhoud en reparaties
Dit hoofdstuk bevat belangrijke informatie over de inspectie en het onderhoud van uw
bandzaag.
WAARSCHUWING!
Lees de veiligheidsinstructies in deze handleiding zorgvuldig door voordat u met
inspectie- of onderhoudswerkzaamheden aan de machine begint.
WAARSCHUWING!
Voer onderhoudswerkzaamheden uit wanneer het apparaat is losgekoppeld van de
voeding. Haal de stekker uit het stopcontact.
Draag handschoenen!
GEVAAR!
Levensgevaar door elektrocutie!
Bij contact met onderdelen onder spanning bestaat levensgevaar. Onder spanning staande
elektrische onderdelen kunnen ongecontroleerd bewegen en ernstig letsel veroorzaken.
• Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u met
reinigings- of onderhoudswerkzaamheden begint.
• Aansluitingen en reparaties aan de elektrische installatie moeten worden uitgevoerd door
een gekwalificeerde elektricien.
gekwalificeerde elektricien.
10.1 Schoonmaken na het werk
Draag handschoenen!
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit bijtende producten om het apparaat te reinigen. Deze kunnen het apparaat
beschadigen of zelfs vernielen.
1. Haal de stekker uit het stopcontact.
2. Maak het afzuigapparaat leeg en reinig het.
3. Verwijder spaanders en zaagsel met een droge doek en/of perslucht (draag een veiligheidsbril!).
Let op! Verwijder het schaafsel niet met de hand - u zou uzelf kunnen verwonden!
4. Maak het apparaat regelmatig schoon met een vochtige doek en een mild schoonmaakmiddel.
5. Behandel alle kale metalen onderdelen met roestwerende spray.
6. Smeer de lagers en geleidevlakken regelmatig in met een machinevet van goede kwaliteit.
10.2 Onderhoud en reparaties
Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel. Neem contact op met de
technische dienst van uw dealer als de machine n i e t goed werkt.
Controleer het apparaat voor gebruik op eventuele schade.
Reinig de bewegende delen voor het eerste gebruik en na elke 100 bedrijfsuren met een borstel om eventuele spanen te
verwijderen en smeer ze met een dun laagje olie of vet.
Controleer de spanning van de aandrijfriem na de eerste 20 bedrijfsuren. Controleer daarna elke 250 uur (6 maanden) op
slijtage, speling of poreusheid.
Alle beschermings- en veiligheidsvoorzieningen moeten weer worden aangebracht zodra de onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden zijn voltooid.
39