1. Schone stang of
schroevendraaier
2. Schakelaar indrukken
4.
Laat de vlotter opkomen. Het alarm moet
stoppen.
5.
Monteer de zeef en de dop van de hydraulische
tank. Draai het contactsleuteltje op Uit.
Toerental van de
messenkooien instellen
Om ervoor te zorgen dat de maaikwaliteit constant en
van hoog niveau blijft en het gazon na het maaien
een gelijkmatig uiterlijk krijgt, is het belangrijk dat de
toerentalregeling van de messenkooien (die op her
verdeelstuk onder de stoel) juist is afgesteld.
U stelt de toerentalregeling van de messenkooien als
volgt in:
1.
Selecteer de maaihoogte waarop de maaidekken
zijn ingesteld.
2.
Kies de rijsnelheid die het meest geschikt is voor
de maaiomstandigheden.
3.
Met behulp van de bijbehorende grafiek (zie
Figuur
27) voor maaidekken met 8, 11 of 14
messen kunt u de juiste instelling voor de
toerentalregeling van de messenkooien bepalen.
Figuur 26
3. Waarschuwingszoemer
g005510
1. Hoogte messenkooi
2. Maaidek met 5 messen
3. Maaidek met 8 messen
4. Maaidek met 11 messen
4.
Om het toerental in te stellen, draait u aan de
knop
(Figuur
instelling aangeeft.
1. Wethendel
Opmerking:
messenkooien kan worden verhoogd of
verlaagd volgens de veranderingen in de
gazonomstandigheden.
De machine gebruiksklaar
maken
Om de machine uit te lijnen voor opeenvolgende
maaibanen, adviseren wij deze procedure voor de
manden van maaidekken 2 en 3 uit te voeren:
1.
Zorg ervoor dat er ruimte van ongeveer 12,7 cm
vanaf de buitenrand van elke mand is.
30
Figuur 27
5. Maaidek met 14 messen
6. Toerental messenkooi
7. Snel
8. Langzaam
28) tot de wijzer de gewenste
Figuur 28
2. Toerenregelaar van
messenkooien
Het toerental van de
decal115-8156
g007385