∫ Bevestigen van de microfoon op de voorkant
≥ De microfoonhouder is zo ingesteld dat een externe microfoon (AG-MC200G: optioneel) van 21 mm
aangesloten kan worden. Controleer van tevoren of de microfoon die u wilt gebruiken aangesloten kan worden.
1
Bevestig de microfoonhouder op het bevestigingsgedeelte van de
microfoonhouder.
≥ Bevestigen met een gewone schroevendraaier.
≥ Zorg bij de bevestiging van de microfoonhouder dat u de schroeven stevig vastdraait, ook al hoort
u daarbij een knarsend geluid.
2
Bevestig een externe microfoon
(optioneel) op de microfoonhouder
en draai de schroef van de
microfoonhouder vast.
3
Sluit de externe microfoon aan op de
AUDIO INPUT1-aansluiting
(XLR 3 pinnen).
≥ Gebruik bij de bedrading van de
microfoonkabel de kabelklem van het
toestel.
≥ Houd de schroef van de microfoonhouder en
de dop van de INPUT-aansluiting buiten het
bereik van kinderen om inslikken ervan te
voorkomen.
∫ Bevestiging dop INPUT-aansluiting
Bevestig de dop van de INPUT-aansluiting terwijl de AUDIO INPUT1, 2-aansluitingen
(XLR 3 pinnen) niet gebruikt worden.
A Dop INPUT-aansluiting
A Bevestigingsgedeelte microfoonhouder
B Microfoonhouder
C Montageschroeven microfoonhouder
D AUDIO INPUT1-aansluiting (XLR 3 pinnen)
E Klem microfoonkabel
F Schroef microfoonhouder
G Externe microfoon (optioneel)
67
(DUT) DVQX1104