Onderhoud
bedieningsysteem
De interlockschakelaar
voor de neutraalstand van
de rijhendels afstellen
1.
Breng de machine tot stilstand, zet de rijhendels
in de
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
parkeerrem in werking en haal het sleuteltje uit
het contact.
2.
Draai de bouten los waarmee het voorpaneel
vastzit, en verwijder het paneel
Figuur 46
1. Bout
2. Bedieningspaneel
3.
Draai de 2 schroeven los waarmee de
interlockschakelaar is vastgezet
, stel de
(Figuur
46).
1. Rijhendel
2. Interlockschakelaar
4.
5.
6.
g020875
7.
Terugkeer naar
neutraalstand van de
(Figuur
47).
rijhendels afstellen
Als de rijhendels niet zijn uitgelijnd met de sleuven
van de neutraalstand als deze worden vrijgezet vanuit
de stand A
De hendel, de veer en de stang moeten afzonderlijk
worden afgesteld.
1.
2.
3.
48
Figuur 47
neutraalstand
Houd de rijhendel tegen het frame en beweeg
de schakelaar in de richting van de hendel
totdat de afstand tussen de hendel en de
schakelaarbehuizing 0,4 tot 1 mm is; zie
47).
Zet de schakelaar vast.
Herhaal stappen
3
tot en met
hendel.
Monteer het voorpaneel.
, moet u de hendels afstellen.
CHTERUIT
Schakel de aftakas uit, zet de rijhendel in de
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
parkeerrem in werking.
Zet de gashendel in de stand L
de motor uit, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurdersstoel
verlaat.
Draai de bouten los waarmee het voorpaneel
vastzit, en verwijder het paneel
g004763
3. Schroef
4. 0,4 tot 1 mm
(Figuur
5
voor de andere
en stel de
, schakel
ANGZAAM
(Figuur
48).