Parameterfuncties van de Insert-effecten
Separation [-100–+100]
Hiermee regelt u de diffusie. De panning van het directe
geluid en het effectgeluid kunnen over links en rechts
gespreid worden. Dit heeft vooral effect wanneer u stereo
output gebruikt.
Preamp
Dit effect regelt de vervorming en de toon van het
gitaargeluid.
* Wanneer alle Bass-, Middle- en Treble-parameters op Ò0Ó
staan, is het mogelijk dat u geen geluid hoort. Dit hangt af van
de ÒAmp TypeÓ-instelling.
Effect On/Off [OFF, ON]
Deze parameter schakelt het preamp-effect in/uit.
Amp Type
Hier kiest u het type van voorversterker. De vervorming en
de toonkarakteristieken van elke versterker zijn hieronder
vermeld:
Als u het "COSM GUITAR AMP"- of
het "VO+GT.AMP"-algoritme kiest
JC-120:
De klank van de Roland ÒJC-120Ó (Jazz Chorus 120), geliefd
bij beroepsmuzikanten over de hele wereld.
CLEAN:
De klank van een gewone comboversterker met lampen.
CRUNCH:
Hiermee krijgt u een crunch-effect dat een natuurlijke
vervorming cre'ert.
MATCH:
Een simulatie van een moderne buizenversterker, veel
gebruikt in genres zoals blues en rock.
VO DRV:
De Liverpool sound van de jaren Õ60.
BLUES:
Een sologeluid met een rijk middengebied, ideaal voor Blues.
BG LEAD:
Typische buizenversterkerklank uit de late jaren Ô70 en begin
jaren Ô80, gekenmerkt door een distinctief middengebied.
104
MS(1, 2, 1+2):
Het geluid van een grote buizenversterker (stack) dat
onmisbaar was in de Britse hard rock van de jaren Ô70 en ook
vandaag nog door vele hard rock-gitaristen gebruikt wordt.
1:
Een scherpe klank (als u input I van de versterker gebruikt).
2:
Een milde klank (als u input II van de versterker gebruikt).
1+2:
De klank die u krijgt als u de inputs I en II van de versterker
parallel schakelt, waardoor de lage tonen sterker doorkomen
dan bij input I.
SLDN:
De klank van een buizenversterker met veelzijdige
vervorming, bruikbaar in allerlei genres.
METAL:
De klank van een grote buizenversterker, geschikt voor
heavy metal.
METAL D:
Een krachtig metal-geluid.
Als u het "COSM BASS AMP"-
algoritme kiest
AC:
De vintage-klank van een vroege transistorversterker.
AMG:
De klank van een grote double-stack vacuumbuizen-
versterker met ultra-sterke lage tonen.
Volume [0–100]
Hiermee regelt u het volume en de vervorming van de
versterker.
Bass
[GUITAR AMP:0–100, BASS AMP:-100–+100]
Hiermee regelt u de toon voor het lage frequentiegebied.
Middle
[GUITAR AMP:0–100, BASS AMP:-100–+100]
Hiermee regelt u de toon voor het middengebied.
* Als u het type ÒMATCHÓ hebt gekozen, is het middengebied
niet regelbaar.