5 Op de voedingsspanning aansluiten
Software-adressering
30
Fig. 21: Adreskeuzeschakelaar
1
Adressen kleiner dan 100 (keuze 0), adressen groter dan 100 (keuze 1)
2
Decimaal van het adres (keuze 0 tot 9)
3
Teller van het adres (keuze 0 tot 9)
De software-adressering is actief, wanneer met de adreskeuzescha-
kelaar op het instrument het adres 126 of groter is ingesteld.
De adresseringsprocedure wordt in de handleiding " Display- en
bedieningsmodule" beschreven.
5.8
Inschakelfase
Na de aansluiting van de VEGAFLEX 86 op het bussysteem voert het
instrument eerst een zelftest uit:
•
Interne test van de elektronica.
•
Weergave van de statusmelding " F 105 bepaal meetwaarde" op
display resp. PC
•
Statusbyte gaat naar storing
Daarna wordt de actuele meetwaarde via de signaalkabel uitgestuurd.
De waarde houdt rekening met al uitgevoerde instellingen, bijv. de
fabrieksinstelling.
0
0
0
Bus
+
1 2
5
6 7 8
( )
(-)
1
2
3
VEGAFLEX 86 • Profibus PA