Gebruiksaanwijzing
Voor gebruik
Veiligheidsinstructies
voorafgaand aan het werk
•
De machine heeft andere balans-, gewicht
en verwerkingseigenschappen dan sommige
andere types getrokken werktuigen. Lees deze
gebruikershandleiding en zorg ervoor dat u
deze begrijpt voordat u de machine in gebruik
neemt. Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met alle
bedieningsorganen en weet hoe u de motor snel
kunt stoppen.
•
Laat kinderen nooit de machine bedienen. Laat
volwassenen de machine nooit bedienen zonder
dat zij de juiste instructies hebben gekregen. Deze
machine mag uitsluitend worden gebruikt door
getrainde en bevoegde personen.
•
Laat alle veiligheidsschermen en veiligheidsvoor-
zieningen op hun plaats. Als veiligheidsschermen,
veiligheidsvoorzieningen of stickers onleesbaar
zijn of ontbreken, moet u deze herstellen of
vervangen voordat u het voertuig gaat gebruiken.
•
De machine is uitsluitend ontworpen voor
terreingebruik. De aanbevolen maximumsnelheid
is 24 km/uur zonder lading en 13 km/uur met
volledige lading.
•
Draai losse moeren, bouten en schroeven
vast zodat het veilig is om de machine te
gebruiken. Zorg ervoor dat de montagepennen,
de koppelpennen en de steun van de
trekhaakkoppeling van de machine op hun plaats
zitten en goed bevestigd zijn.
•
Breng op geen enkele manier wijzigingen aan
deze onderdelen aan.
•
De trekhaakkoppeling is het gedeelte op de
machine waar de trekhaak aan het trekvoertuig
wordt gekoppeld. Het gewicht van de
trekhaakkoppeling heeft invloed op de stabiliteit
van de machine.
– Een negatief of positief koppelgewicht kan
letsel veroorzaken bij het aankoppelen van
de aan het trekvoertuig of het loskoppelen.
Controleer of de kriksteunen, indien
gemonteerd, goed staan.
– Als het gewicht van de trekhaakkoppeling met
kracht omhoog tegen de trekhaak van het
trekvoertuig wordt geduwd, zorgt dit voor een
negatief koppelgewicht.
Er kan ook een negatief koppelgewicht
ontstaan als er werktuigen aan de achterkant
van de machine zijn bevestigd.
– Als het gewicht van de trekhaakkoppeling
met kracht omlaag op de trekhaak van het
trekvoertuig wordt geduwd, zorgt dit voor een
positief koppelgewicht.
•
Nooit de machine loskoppelen van of aankoppelen
op de tractie-eenheid wanneer er materiaal in de
hopper zit. De trekhaakkoppeling kan omhoog
klappen en daarbij letsel veroorzaken.
De machine aansluiten op
het trekvoertuig
1.
Sluit de trekhaak van de machine aan op het
trekvoertuig met behulp van een goedgekeurde
veiligheidskoppelpen met een diameter
van 25 mm en een veiligheidsklem (niet
meegeleverd).
Belangrijk:
koppelpen die goedgekeurd is voor
trekhaken van trekvoertuigen.
2.
Pas de hoogte van de trekhaak aan door aan de
handgrepen van de krikstand te draaien om de
machine waterpas te houden.
3.
Breng de trekhaak omlaag met behulp van de
assteun.
4.
Trek nadat het volledige gewicht van de machine
is overgebracht naar de trekstang van het
trekvoertuig vanaf de assteun de pen eruit die
de assteun op zijn plaats houdt.
5.
Draai de assteun 90 graden linksom totdat de
onderzijde van de assteun naar de achterkant
van de machine wijst. Dit is de transportstand.
VOORZICHTIG
Breng de krik in de transportstand
voordat u de machine gaat slepen.
6.
Sluit de twee hydraulische slangen van
de machine aan op het trekvoertuig. Sluit
gezien vanaf de voorkant van de machine
de rechterslang aan op de drukkant en de
linkerslang op de retourkant
De retourslang is voorzien van een interne
eenrichtings-afsluitklep. De pijl op de afsluitklep
moet wijzen naar de retouraansluiting op het
trekvoertuig.
18
Gebruik een extra sterke
(Figuur
20).