Als het filter beschadigd is, mag u het niet
gebruiken.
3.
Monteer het filter voorzichtig
Opmerking:
Zorg ervoor dat het filter volledig
vastzit door de buitenring van het filter tijdens de
montage aan te drukken.
Belangrijk:
Druk niet op het zachte midden
van het filter.
4.
Monteer het luchtfilterdeksel met de stofkap
naar beneden gericht en maak de sluitingen
vast
(Figuur
30).
5.
Sluit de motorkap.
Motorolie verversen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of
dagelijks—Controleer het
motoroliepeil.
Na de eerste 50 bedrijfsuren—Ververs de
motorolie en vervang het filter.
Om de 100 bedrijfsuren—De motorolie
verversen. (Vaker onderhoud uitvoeren in erg
stoffige of zanderige omstandigheden.)
Om de 200 bedrijfsuren—Vervang het oliefilter.
(Vaker onderhoud uitvoeren in erg stoffige of
zanderige omstandigheden.)
Motorolietype
Type olie: Reinigingsolie voor dieselmotoren
(API-onderhoudsklasse CH-4 of hoger)
Carterinhoud: met filter 3,7 liter
Viscositeit: zie onderstaande tabel
Figuur 31
(Figuur
30).
g001061
29
Het motoroliepeil controleren
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak,
stel de parkeerrem in werking en laat de
laderarmen neer.
2.
Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat
de motor afkoelen.
3.
Open de motorkap.
4.
Reinig het gebied rond de oliepeilstok
32).
Figuur 32
1. Oliepeilstok
5.
Trek de peilstok uit en veeg het metalen deel
met een doek schoon
6.
Schuif de peilstok helemaal in de buis
32).
7.
Trek de peilstok uit en controleer het oliepeil op
het metalen deel.
8.
Als het oliepeil te laag is (lager dan de onderste
opening), reinigt u de omgeving van de vulbuis
en verwijdert u de dop
9.
Giet langzaam voldoende olie in het klepdeksel
totdat het peil de bovenste opening op de
peilstok bereikt.
Belangrijk:
Giet niet te veel olie in het
carter omdat anders de motor kan worden
beschadigd.
10.
Plaats de olievulbuisdop en de peilstok terug.
11.
Sluit de motorkap.
(Figuur
g004227
2. Olievuldop
(Figuur
32).
(Figuur
(Figuur
32).