8695 4185 / F
5 - De piano snaar « nr. R12 » spannen en blokkeren bij ieder uiteinde met behulp van de
klemtangen (zet een stukje schuurpapier tussen de tang en de snaar om verschuiving te
voorkomen),
6 - Op de twee uiteinden een spie nr. « R13 » aanbrengen. De poten en de rail verplaatsen om
de nodige rechtlijnigheid te benaderen terwijl men de spie « R14 » schuift tussen de rail en de
piano snaar.
7 - De overige verankeringsgaten doorboren en de andere poten vastzetten.
VI - HORIZONTALE LIJN
Controleren of alle schroeven « R15 » naar behoren zijn aangedraaid.
Het waterpas verschil opmeten over de volledige oppervlakte van de installatie met een
afleeskijker.
Beginnen met de poot in het midden van het waterpas verschil staaat en de rail op een hoogte
van 550 mm zetten met behulp van de moeren « nr. R8 ».
De overlangse horizontale lijn instellen van iedere rail met de afleeskijker en de overdwarse
met een nauwkeurigheid waterpas van 1/10 op iedere poot via de moeren « nr. R8 » en
blokkeren (zie fig.1,2,3)
Nauwkeurigheidsgraad over het rijvlak in zijn geheel ± 0,25mm
VII - RECHTLIJNIGHEID
De schroeven « R15 » losdraaien.
De rechtlijnigheid instellen van de hoofd geleidingsrail met behulp van de derde spie « nr.
R14 ». De doorvoer hiervan controleren tussen de te controleren oppervlakte en de piano
snaar (en de fouten dienovereenkomstig bijstellen).
Tolerantie ± 0,1mm
De instelling tot stand brengen met behulp van de schroeven « nr. R9 ».
De schroeven « nr. R15 » blokkeren.
OXYTOME/PLASMATOME HPi
D - MONTAGE INSTALLATIE
D-31