76
nl | Bijlagen
Twee uitgangen programmeren voor signalering van de status Ingeschakeld/Uitgeschakeld
1.
2.
3.
Toegangsroute beveiligen tegen onbevoegde toegang in Ingeschakelde status, bijvoorbeeld
door een blokkeerelement te installeren
1.
2.
3.
4.
8.2.4
Inschakelen/Uitschakelen met inloopvertraging/uitlooptijd
Inschakelen binnen het beveiligde gebied, bijvoorbeeld met de bedieneenheid
1.
2.
3.
4.
5.
De inloop-/uitlooproute programmeren
1.
2.
Type uitloopzone
Initiële volger
Volger
Exit
Onderbreken
2019-09 | 25 | F.01U.318.461
Verbind telkens een vrije uitgang met de LED van het apparaat.
Gebruik de wizard om een uitgang te programmeren met het gedragsitem Gebied
Ingeschakeld en een tweede uitgang met het gedragsitem Gebied Uitgeschakeld.
Het signaal moet een beperkte duur hebben. Voer een tijd in (meestal 10 sec. / maximaal
30 sec.) voor Activatieduur.
Verbind een vrije uitgang met de LED van het apparaat.
Variant A: Blokkeerelement wordt actief bestuurd GESLOTEN. Gebruik de wizard om een
uitgang te programmeren met het gedragsitem Gebied Ingeschakeld
of
Variant B: Blokkeerelement wordt actief bestuurd OPEN. Gebruik de wizard om een
uitgang te programmeren met het gedragsitem Gebied Uitgeschakeld.
Het signaal moet statisch zijn. Voer 00:00:00 in voor Activatieduur.
Zie de aansluitinstructies van de fabrikant voor meer informatie.
Voeg een nieuw gebied toe als dat nog niet bestaat.
Voeg een bedieneenheid toe als die nog niet bestaat.
Voeg het gebied toe in het bereik van de bedieneenheid: Lokaal gebied.
Programmeer de bedieneenheid voor Inschakelen met uitlooptijd: Gebruik vertragingstijd
gebied.
De waarde voor de inloopvertraging/uitlooptijd kan zo nodig worden aangepast:
Gebiedsmanager > Gebied > Tijd en vertragingen:
normale inloopvertraging (meestal 45 sec. / minimaal 30 sec.)
normale uitlooptijd (meestal 60 sec.)
Programmeer voor alle zones van de inloop-/uitlooproute het zonetype Inbraak.
Selecteer optioneel het type uitloopzone voor uitlooproutezones:
Gedrag
1
Zone zonder preventie van gereedheid voor activering, bijvoorbeeld
PIR met bedieneenheid in het detectiegebied. Belangrijk: zones
moeten na de uitloop de normale status hebben, anders wordt er
een alarm geactiveerd.
1
Zone die geen alarm activeert zolang de uitlooptijd actief is. Alleen
relevant voor de optie MAP5000-paneel > Inschakelstatus bij start
uitloopvertraging
Deurzone die verplicht één keer moet worden geactiveerd bij het
verlaten van het gebied. De optie MAP5000-paneel > Niet-verlaten
gebouwen moet zijn ingeschakeld.
Deurzone die de uitlooptijd verkort tot 10 sec. (aanbevolen).
Installatie handleiding
MAP 5000
Bosch Security Systems B.V.