Parameter
Voorbeeld
Inbedrijfname
VEGAMET 624 • 4 ... 20 mA/HART
•
Meetwaardeverandering groter: meetwaardeverandering per
tijdseenheid, waarbij de trendherkenning moet aanspreken
•
Max. reactietijd: tijd, na welke telkens een nieuwe gemiddelde
waarde wordt bepaald en de wordt opnieuw wordt berekend.
•
Hysterese: bedraagt automatisch altijd 10 % van de waarde van
"Meetwaardeverandering groter"
•
Gedrag bij storing: bij meetwaardestoring gaat het relais over in
de gedefinieerde toestand
Opmerking:
Na het inschakelen of een storing moeten altijd twee complete cycli
verlopen, tot een meetwaardeverschil kan worden berekend en een
trend kan worden uitgestuurd.
Het peil in een bekken moet op stijgende trend worden bewaakt.
Wanneer de toename groter is dan 25% per minuut dan moet een
extra pomp worden bijgeschakeld. De max. reactietijd moet een mi-
nuut zijn. Bij een eventueel aanwezige storing moet de pomp worden
uitgeschakeld.
Kies in het DTM-navigatiebereik de menupunten "Meetplaats - Uit-
gangen - Relais".
•
Stel bijv. voor relais 1 de bedrijfsstand "Trend stijgend" in
•
Kies onder "Gedrag bij storing" de optie "Schakeltoestand uit"
•
Voer de volgende waarden in de daarna volgende parametervel-
den in:
– Meetwaarde groter dan 25 %/min.
– Max. reactietijd 1 min.
De werking van de trendherkenning wordt in het diagram hierna
nader verklaard. Het daarvoor beschreven voorbeeld dient daarbij als
uitgangspunt.
t m
%
100
75
50
25
...
0
60
ON
OFF
1
Fig. 13: Voorbeeld voor trendherkenning
1
Oude gemiddelde waarde = 25 %, nieuwe gemiddelde waarde = 25 %
Verschil < 25 % -> Relais ON
2
Oude gemiddelde waarde = 25 %, nieuwe gemiddelde waarde = 37,5 %
Verschil < 25 % -> Relais ON
3
Oude gemiddelde waarde = 37,5 %, nieuwe gemiddelde waarde = 62,5 %
Verschil = 25 % -> Relais OFF
4
Oude gemiddelde waarde = 62,5 %, nieuwe gemiddelde waarde = 75 %
Verschil < 25 % -> Relais ON
5
tm -> max. reactietijd
8 Toepassingsvoorbeelden
t m
t m
...
...
120
180
2
3
5
t m
...
...
240
t
[sec]
4
43