8. Verwijder de drie schroeven
de eenheid weg van de systeemplaat.
Figuur 33. De ventilatoreenheid van de microprocessor verwijderen
9. Plaats de nieuwe ventilatoreenheid van de microprocessor op de systeemplaat zorg dat de drie
schroefgaten van de eenheid zijn uitgelijnd met de gaten in de systeemplaat.
10. Draai de drie schroeven vast om de ventilatoreenheid van de microprocessor te bevestigen aan de
systeemplaat.
11. Sluit de kabel van de microprocessorventilator aan op de systeemplaat. Zie "Locatie van onderdelen en
aansluitingen op de systeemplaat" op pagina 12.
12. Plaats de klep van het VESA-frame en de achterste I/O-klep weer terug.
Volgende stappen:
• Als u met een ander stuk hardware wilt werken, gaat u naar het desbetreffende gedeelte.
• Als u de installatie of vervanging wilt voltooien, gaat u naar "Het vervangen van de onderdelen voltooien"
op pagina 51.
De kaartlezer vervangen
Attentie:
Open de computer niet en probeer geen reparaties uit te voeren voordat u de "Belangrijke veiligheidsvoorschriften"
hebt gelezen in de publicatie ThinkCentre Veiligheid en garantie die bij de computer is geleverd. Voor een exemplaar
van de publicatie ThinkCentre Veiligheid en Garantie gaat u naar:
http://www.lenovo.com/support
In dit gedeelte vindt u instructies voor het vervangen van de kaartlezer.
Opmerking: De kaartlezer is alleen in bepaalde modellen geïnstalleerd.
42
ThinkCentre Handboek voor de gebruiker
1
waarmee de ventilatoreenheid van de microprocessor is bevestigd en til