Bewaar het toestel niet in een te warme of te koude omgeving. Gebruik het
toestel bij een temperatuur tussen -20°C en 45°C
•
Het toestel kan ontploffen als u het achterlaat in een gesloten voertuig, omdat de temperatuur
daarin tot 80°C kan oplopen.
•
Stel het toestel niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht bloot (bijvoorbeeld op het dashboard
van een auto).
•
Bewaar de batterij bij een temperatuur tussen -20°C en 45°C.
Bewaar het toestel niet samen met metalen objecten zoals munten, sleutels en
halsbanden.
•
Het toestel kan daardoor vervormd of beschadigd worden.
•
Als de contactpunten van de batterij in contact komen met metalen objecten, kan brand ontstaan.
Bewaar het toestel niet in de buurt van magnetische velden
•
Het toestel kan worden beschadigd of de batterij kan worden ontladen bij blootstelling aan
magnetische velden.
•
Kaarten met magnetische strips, waaronder credit cards, telefoonkaarten, bankpasjes en OV-kaarten
kunnen beschadigd raken door magnetische velden.
•
Gebruik geen telefoonhoesjes of accessoires met magnetische sluitingen en stel het toestel niet
gedurende langere tijd bloot aan magnetische velden.
Bewaar het toestel niet dichtbij of in verwarmingsapparatuur, magnetrons,
warme kooktoestellen of hogedrukcompartimenten.
•
De batterij kan lekken.
•
Het toestel kan oververhit raken en brand veroorzaken.
Laat het toestel niet vallen en stel het niet bloot aan plotselinge schokken.
•
Het scherm van het toestel kan beschadigd raken.
•
Als het toestel wordt verbogen of vervormd, kan het beschadigd raken of functioneren onderdelen
wellicht niet meer goed.
Gebruik de flitser niet vlakbij de ogen van mensen of dieren.
Het gebruik van de flitser dichtbij de ogen kan tijdelijke verblinding of schade aan de ogen
veroorzaken.
Zorg voor een optimale levensduur van batterij en oplader
•
Laat batterijen niet langer dan een week achtereen opladen, aangezien te veel opladen niet
bevorderlijk is voor de levensduur.
•
Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van tijd en moeten voor gebruik
opnieuw worden opgeladen.
•
Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als u de oplader niet gebruikt.
•
Gebruik de batterijen alleen voor de doelen waarvoor ze zijn bedoeld.
Gebruik alleen door de fabrikant goedgekeurde batterijen, opladers, accessoires
en onderdelen.
•
Het gebruik van merkloze batterijen en opladers kan de levensduur van het toestel beperken of
storingen in het toestel veroorzaken.
•
Samsung kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor de veiligheid van de gebruiker wanneer
de gebruikte accessoires of onderdelen niet door Samsung zijn goedgekeurd.
Bijt of zuig niet op het toestel of op de batterij
•
Hierdoor kan het toestel beschadigd raken of exploderen.
•
Als kinderen gebruik maken van het toestel, zorg er dan voor dat zij het op de juiste wijze gebruiken.
Bij gebruik van het toestel
•
Spreek rechtstreeks in de microfoon.
•
Vermijd aanraking met de interne antenne van het toestel. Als u de antenne aanraakt, kan dit ervoor
zorgen dat het toestel meer radiogolven uitzendt dan nodig is.
•
Houd het toestel niet te stevig vast, druk licht op de toetsen, gebruik speciale functies waardoor u
minder toetsen hoeft in te drukken (zoals voorspellende tekst) en neem regelmatige pauzes.
Bescherm uw gehoor
•
Overmatige blootstelling aan harde geluiden kan leiden tot gehoorbeschadiging.
•
Blootstelling aan harde geluiden onder het rijden, kan de aandacht afleiden en een
ongeval veroorzaken.
•
Zet het geluidsvolume altijd laag voordat u de oortelefoon in de geluidsbron steekt.
Gebruik alleen het minimale geluidsniveau dat nodig is om uw gesprek of muziek
te kunnen horen.
67
Veiligheidsvoorschriften