GEBRUIK
6
Functie
C2.0.0 I/O
C2.0.0 I/O
C2.0.0 I/O
C2.0.0 I/O
C2.1.0 Hardware
C2.1.1 Klemmen A
C2.1.3 Klemmen B
C2.1.5 Klemmen C
C2.1.6 Terminal C Type
C2.1.7 Klemmen D
C2.1.8 Terminal D Type
C2._.0 Stroomuitgang X
C2._.1 Meetwaarde
C2._.2 Bereik
C2._.3 Lage flow stop
C2._.4 Dempen
C2._.5 Polariteit
C2._.6 Stroomspan
C2._.7 Bereik 0%...100%
C2._.8 Vergroot bereik
70
Beschrijving en selectie
Configuratie van aansluitklemmen.
Selectie hangt af van signaalomvormerversie.
Selecteer: Uit (uitgeschakeld) / Stroomuitgang / Frequentieuitgang / Pulsuitgang /
Statusuitgang / Limietschakelaar / Stuuringang
Selecteer: Uit (uitgeschakeld) / Stroomuitgang / Frequentieuitgang / Pulsuitgang /
Statusuitgang / Limietschakelaar / Stuuringang
Selecteer: Uit (uitgeschakeld) / Stroomuitgang
Selecteer: Passief / Actief
Selecteer: Uit (uitgeschakeld) / Frequentieuitgang / Pulsuitgang / Statusuitgang /
Limietschakelaar
Selecteer: Actief / Passief / NAMUR
X staat voor een van de aansluitklemmen A, B of C.
_ staat voor: 1 = Klemmen A, 2 = Klemmen B, 3 = Klemmen C
Meetwaarde voor stroomuitgang op klemmen X.
Selecteer: Stroomsnelheid / Volumeflow / Massaflow / Temperatuur / Dichtheid /
Sensorgemiddelde / Sensordeviatie / Energieniveau / Buisfrequentie / Vervorming
1 / Vervorming 2 / 2-fase signaal
Afhankelijk van de instellingen voor de concentratiemeting zijn de volgende
metingen mogelijk:
Concentratie 1 / Concentratie 2 / Conc. massaflow 1 / Conc. massaflow 2 / Conc.
volumeflow 1 / Conc. volumeflow 2
0...100% van de meetwaarde die is ingesteld in C2._.1.
x,xx...xx,xx _ _ _ (indeling en eenheid hangen af van de meetwaarde)
Stelt de meting in op "0" voor lage waarden.
x,xxx ± x,xxx%; bereik: 0,0...20%
(1ste waarde = schakelpunt / 2de waarde = hysteresis);
voorwaarde: 2de waarde ≤ 1ste waarde
Instelling voor de stroomuitgang.
Bereik: 0,0...100 s
Stelt de polariteit in; houd rekening met flowrichting in C1.1.4!
Selecteer: Beide richtingen (plus- en minwaarden worden weergegeven) /
Positieve richting (weergave voor negatieve waarden = 0) / Negatieve richting
(weergave voor positieve waarden = 0) / Absolute waarde (geeft altijd een positieve
waarde weer, zowel bij negatieve als positieve waarden)
NB: Alleen beschikbaar wanneer de expertmodus is ingeschakeld in C6.4.5!
Stelt de stroomwaarden in die worden gebruikt om de meetwaarde te
representeren.
Selecteer: 4-20 mA / Aangepast (kan worden gespecificeerd in C2._.7)
®
HART
stroomuitgang: 4...20 mA
Stroombereik voor de geselecteerde "Meetwaarde", bv. 4...20 mA, komt overeen
met 0...100%
NB: Bij een stroomuitgang van 0...20 mA moet "HART" in C4.1.0 uitgeschakeld
worden!
xx,x...xx,x mA; bereik: 4,00...20 mA
(Voorwaarde: 4 mA ≤ 1ste waarde ≤ 2de waarde ≤ 20 mA)
NB: Alleen beschikbaar wanneer onder "Stroomspan" in C2._.6 de optie
"Aangepast" is geselecteerd!
®
HART
is alleen beschikbaar voor "Klemmen C"!
Min. en max. limieten van de stroomwaarden. Als het stroombereik overschreden
wordt, wordt de stroom op deze limieten gehouden.
xx,x...xx,x mA; bereik: 03,5...21,5 mA
(Voorwaarde: 0 mA ≤ 1ste waarde ≤ 2de waarde ≤ 21,5 mA en buiten stroombereik)
www.krohne.com
MFC 400
10/2016 - 4005498001 - MA MFC 400 R04 nl