Systeemparameters
Parameter
Reeks
OCTAVE SHIFT
-3–+3
TRANSPOSE SWITCH
OFF, ON
TRANSPOSE VALUE
-5–+6
KEYBOARD VELOCITY
REAL, FIX
STANDARD,
PEDAL POLARITY
REVERSE
D BEAM SENS
1–8
LOCAL SW
OFF, ON
MASTER LEVEL
0–127
415.30–466.20
MASTER TUNE
(Hz)
PATCH REMAIN
OFF, ON
Uitleg
Verschuift de toonhoogtereeks van het klavier in
stappen van een octaaf.
Zet Transpose aan/uit.
Specificeert de reeks (in halve tonen) waarmee de
Transposefunctie het klavier zal verschuiven.
Specificeert de Velocitywaarde die wordt verzonden
als u een toets speelt.
Als dit op FIX staat, wordt een vaststaande
Velocitywaarde gebruikt.
Schakelt de polariteit van het pedaal.
Past de gevoeligheid van de D BEAM controller aan.
Hogere waardes maken dat de D BEAM gemak-
kelijker reageert.
Zet de Local schakelaar aan/uit.
Specificeert het volume van de gehele GAIA SH-01.
Specificeert de referentietoonhoogte van de gehele
GAIA SH-01.
De instelling geeft de frequentie van de A4 toets aan.
Als dit aan is, klinken de noten van de Patch die op
dat moment te horen zijn door als u een andere
Patch selecteert.
Paneelbediening
1.
Druk op de OCTAVE [UP/+] knop.
Elke keer dat u op de knop drukt, stijgt de reeks één octaaf.
2.
Druk op de OCTAVE [DOWN/-] knop.
Elke keer dat u op de knop drukt daalt de reeks één octaaf.
Druk op de [TRANSPOSE] knop.
Knop verlicht: ON
Knop niet verlicht: OFF
1.
Houd de [TRANSPOSE] knop ingedrukt en druk op de
OCTAVE [UP/+] knop.
De toonhoogte wordt een halve toon hoger, elke keer dat
u de knop indrukt.
2.
Houd de [TRANSPOSE] knop ingedrukt en druk op de
OCTAVE [DOWN/-] knop.
Elke keer dat u de knop indrukt wordt de toonhoogte een
halve toon lager.
• Als u de [TRANSPOSE] knop ingedrukt houdt en de
OCTAVE [UP/+] en OCTAVE [DOWN/-] knoppen tegelijk
indrukt, keert de toonhoogte naar de normale reeks terug.
1.
Houd de [CANCEL/SHIFT] knop ingedrukt en druk op de
[KEY HOLD] knop.
Knop verlicht: FIX
Knop niet verlicht: REAL
1.
Houd de [CANCEL/SHIFT] knop ingedrukt en druk op de
[V-LINK] knop.
2.
Houd de [PORTAMENTO] knop ingedrukt en druk op de
[PRESET PATCH] knop of de [USER PATCH] knop.
PRESET PATCH lit: REVERSE
USER PATCH lit: STANDARD
3.
Druk op de [CANCEL/SHIFT] knop.
1.
Houd de D BEAM [EFFECTS/ASSIGN] knop ingedrukt en
druk op één van de NUMBER [1]-[8] knoppen.
1.
Houd de D BEAM [EFFECTS/ASSIGN] knop ingedrukt en
druk op de [CENTER CANCEL] knop.
Knop verlicht: ON
Knop niet verlicht: OFF
1.
Houd de [CANCEL/SHIFT] knop ingedrukt en druk op de
[V-LINK] knop.
2.
Draai aan de [LEVEL] knop.
3.
Druk op de [CANCEL/SHIFT] knop.
Houd de [CANCEL/SHIFT] knop ingedrukt en draai aan de
[PITCH] knop.
1.
Houd de [CANCEL/SHIFT] knop ingedrukt en druk op de
[V-LINK] knop.
2.
Houd de [KEY HOLD] knop ingedrukt en druk op de
[EFFECTS ON/OFF]knop.
Knop verlicht: ON
Knop niet verlicht: OFF
3.
Druk op de [CANCEL/SHIFT] knop.
51