4. Installatiegegevens
Veiligheid en gezondheid
Reznor-luchtgordijnen moeten worden geïnstal-
leerd en onderhouden volgens de relevante be-
palingen van de voorschriften voor gasveiligheid
(installaties en gebruik) van 1998. De installatie
moet door een bevoegde installateur worden uit-
gevoerd
volgens
bedradingsvoorschriften (BS 7671), BS 6896
(industrieel en commercieel) en andere relevante
Britse normen en voorschriften. Altijd eerst de
elektrische voeding van het luchtgordijn en het
regelpaneel volledig afsluiten.
Voor uw eigen veiligheid raden wij u aan om tij-
dens het hanteren van dit luchtgordijn persoonlij-
ke beschermingsmiddelen te dragen.
Controleer voorafgaand aan de installatie dat de
gasvoorzieningen, het soort gas, de druk en de
instellingen van het apparaat geschikt zijn.
Reznor gasgestookte luchtgordijnen worden ge-
leverd met de bevestigingsbeugels reeds aange-
bracht en kunnen als enkelvoudige eenheden of
als meerdere, aan elkaar bevestigde eenheden
worden gemonteerd, zodat in uiteenlopende
deurbreedten kan worden voorzien.
De minimale bevestigingshoogte is 1,8 meter (zie
diagram 2 hieronder).
4.1.1
Elk luchtgordijn moet worden ondersteund met
vrijdragende beugels (niet geleverd) en vervol-
gens met bouten en geschikte beugels recht-
streeks aan de gebouwstructuur worden beves-
tigd, of met gebruik van geschikt staalwerk aan
de structuur erboven worden opgehangen (zie
diagram 3, pagina 6).
4.1 Montage
Diagram 2.
Spleet moet minimaal zijn
de
huidige
Onderkant van lucht-
gordijn op
gelijke hoogte met
deuropening
Minimaal 1,8 m
4.1.2
Meerdere luchtgordijnen moeten aan elkaar wor-
den bevestigd met gebruik van drie M10 schroe-
ven, moeren en pasringen die door de daarvoor
bestemde gaten in de bevestigingsbeugels wor-
den gestoken. Vervolgens moeten over de gehe-
IEE-
le lengte van de aan elkaar gekoppelde luchtgor-
dijnen boven op de in de fabriek aangebrachte
beugels geschikte steunkanalen (niet meegele-
verd) worden aangebracht om de belasting gelijk-
matig te verdelen.
Het geheel kan nu met geschikte steunbeugels
en bouten rechtstreeks aan de gebouwstructuur
worden bevestigd, of met gebruik van geschikt
staalwerk aan de structuur erboven worden op-
gehangen (zie diagram 4 pagina 6).
Om bevestiging te vereenvoudigen, kan het
steunkanaal zo nodig iets voorbij de uiteinden
van de luchtgordijnen uitsteken.
NB: Als meerdere luchtgordijnen boven op en
over deuren worden aangebracht of als er geen
middensteun mogelijk is, moeten grotere en ste-
vigere steunkanalen worden gebruikt om te voor-
komen dat het systeem doorbuigt.
U moet de positie van de lamellen wellicht
iets aanpassen om vóór de deuropening de juiste
luchtstroming te bieden. Hiervoor moet u eerst de
vier borgschroeven losdraaien, twee aan weers-
kanten van de lamellen (zie pijlen in Fig. A), en
vervolgens de inbusborgschroeven (zie pijlen in
Fig. B) losdraaien. De lamellen kunnen nu in de
gewenste stand worden gezet, waarna u de
borgschroeven weer aanhaalt.
NB: Model AB 225 heeft twee paar inbusborg-
schroeven, en model AB 175 heeft slechts één
paar.
Borgschroeven
Inbusborgschroeven
5
Fig. A
Fig. B