GPS
■
Interval tussen plaatsbepalingen
Zelfs als u de plaatsbepalingsinformatie niet bijwerkt, wordt direct bij het inschakelen
van de camera en vervolgens op gezette tijden geprobeerd om de plaats te bepalen als
[GPS-inst.] op [ON] staat.
Ook als u [Vliegtuigmode] op [OFF] zet, wordt automatisch geprobeerd de plaats te
bepalen, zelfs als de camera is uitgeschakeld.
De plaatsbepalingsfunctie wordt echter in de volgende gevallen onderbroken:
• Als de camera uitgeschakeld is en de indicatie van het resterende batterijvermogen
[
] (één balkje) of minder is.
• Als de camera uitgeschakeld is en de batterij bijna leeg is.
• Als het opladen van de batterij wordt gestart.
• Als de camera gedurende een bepaalde tijd niet is ingeschakeld.
■
De GPS-ontvangststatus weergeven
Selecteer [GPS-inst.] in het menu [GPS]: Voer stap
Selecteer met
• Druk nogmaals op [MENU/SET] om de plaatsbepalingsinformatie bij te werken.
• De GPS-ontvangststatus controleren
: Tijd waarop de plaats werd bepaald
: Aantal GPS-satellieten waarvan de camera signalen heeft ontvangen
: Breedtegraad
Lengtegraad
Met de GPS-functie de locatie van een beeld vastleggen
[INFO] en druk op [MENU/SET]
- 262 -
en
uit
(→258)
VQT5E81