7.
VOORBEREIDING VAN DE MATERIALEN
Gebruik altijd persoonlijke beschermingsmiddelen.
Allereerst dient men er rekening mee te houden dat de volgende voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen bij het hanteren en behandelen van
gecontamineerd materiaal:
• Draag rubberen handschoenen van geschikte dikte en het specifieke beschermingsmasker op uw gezicht;
• Handen, reeds bedekt met handschoenen, reinigen met een kiemdodend reinigingsmiddel;
• Gebruik altijd een lade voor het transport van instrumenten;
• Transporteer ze nooit direct met de hand;
• Bescherm uw handen tegen contact met scherpe of scherpe onderdelen; dit vermijdt het risico op gevaarlijke infecties;
• Verwijder onmiddellijk elk artikel dat niet hoeft te worden gesteriliseerd of dat niet bestand is tegen het proces;
• Was uw handen grondig, nog met de handschoenen aan, wanneer u klaar bent met het hanteren van niet-steriel materiaal;
• Alle te steriliseren materialen en/of instrumenten moeten perfect schoon zijn en vrij van resten van welke aard dan ook (afscheiding van
organisch/anorganisch materiaal, stukjes papier, katoen/gaaskussens, kalk, enz.).
Het niet reinigen en verwijderen van resten kan niet alleen problemen veroorzaken tijdens het sterilisatieproces, maar kan ook leiden tot
schade aan de instrumenten en/of de sterilisator zelf.
7.1. BEHANDELING VAN HET MATERIAAL VÓÓR DE STERILISATIE
Voor een effectieve reiniging als volgt te werk gaan:
1
Scheid metalen instrumenten per soort materiaal (koolstofstaal, roestvrij staal, messing, aluminium, chroom, enz.), om elektrolytische
oxidatiereductie te vermijden.
2
Reinig met een ultrasoon apparaat dat een mengsel van water en kiemdodende oplossing bevat, waarbij de aanbevelingen van de fabrikant
zorgvuldig moeten worden opgevolgd of met een thermodesinfector.
Voor de beste resultaten een reinigingsmiddel gebruiken dat speciaal is ontworpen voor ultrasone reiniging.
3
Handmatig wassen wordt uitgevoerd als er geen speciale apparaten beschikbaar zijn of als het vanwege de technische kenmerken van het te
behandelen materiaal niet mogelijk is om automatisch te wassen. Deze methode stelt de wasoperators bloot aan grotere risico's, dus moet ze
alleen worden gebruikt wanneer dat strikt noodzakelijk is.
Oplossingen die fenolen of quaternaire ammoniumverbindingen bevatten, kunnen corrosie veroorzaken op instrumenten en metalen
onderdelen van het ultrasone apparaat.
4
Spoel de instrumenten na het wassen grondig af en controleer of er geen residuen zijn; herhaal de wascyclus indien nodig.
5
Droog de behandelde instrumenten. Het drogen is essentieel omdat de aanwezigheid van sporen van water op het oppervlak het daaropvolgende
sterilisatieproces kan verstoren.
Voor het drogen kunnen worden gebruikt:
• Papieren doeken, TNT, canvas met lage deeltjesafgifte;
• Perslucht om holle instrumenten te drogen.
De bediener moet geschikte PBM dragen en het werkoppervlak beschermen om contaminatie door in de lucht zwevende deeltjes te voorkomen.
Om de vorming van kalkvlekken te voorkomen, moet indien mogelijk gedeïoniseerd of gedestilleerd water worden gebruikt om te spoelen.
Indien leidingwater met een hoge hardheid wordt gebruikt, moeten de instrumenten altijd worden gedroogd.
Voor de handstukken (turbines, contrahoeken, enz.), de hierboven beschreven behandeling integreren met een behandeling in de specifieke toestellen
die zorgen voor een doeltreffende inwendige reiniging (soms met inbegrip van smering).
Vergeet niet om aan het einde van het sterilisatieprogramma de interne mechanismen van het handstuk te smeren. Door deze
voorzorgsmaatregel wordt de levensduur van het instrument op geen enkele manier verkort.
Raadpleeg de instructies van de fabrikant van het te steriliseren instrument/materiaal voordat u het aan een autoclaafbehandeling
onderwerpt en controleer of er sprake is van incompatibiliteit.
Volg de instructies voor het gebruik van reinigings- of desinfectiemiddelen en de instructies voor het gebruik van automatische
apparaten voor het wassen en/of smeren strikt op.
Wat betreft (poreuze) textiele materialen, zoals laboratoriumjassen, servetten, mutsen en andere, deze zorgvuldig wassen en drogen voordat ze in de
autoclaaf worden behandeld.
Gebruik geen wasmiddelen met een hoog chloor- en/of fosfaatgehalte. Niet bleken met chloorhoudende producten. Deze stoffen kunnen
schade veroorzaken aan de ladehouders, de laden en de metalen instrumenten die zich in de sterilisatiekamer kunnen bevinden.
7.2. INDELING VAN DE LADING
Gebruik altijd persoonlijke beschermingsmiddelen.
Om de beste effectiviteit van het sterilisatieproces te verkrijgen en het materiaal in de loop van de tijd te conserveren, waardoor de levensduur van het
materiaal wordt verlengd, de onderstaande instructies volgen.
NL
35