2-5. Scherminstellingen
Wijzigen van de instellingen voor de weergave van het scherm
U kunt het contrast en de helderheid van het scherm afstellen.
1
Kies [
] in het hoofdmenu.
2
Kies [Display] in het submenu.
3
Selecteer het gewenste item.
●
[Screen] (scherm)
[Display]
"Mode" (modus)
[Automatic] (automatisch)
[Daytime (light)] (overdag (licht))
[Nighttime (dark)] ('s nachts (donker))
[Brightness] (helderheid)
[Contrast]
●
[Camera]
"Camera screen" (camerascherm)
[Brightness] (helderheid)
58
Instelling
Instelling
Beschrijving
Stel in of het scherm wel of niet moet
worden weergegeven. Als het scherm
wordt uitgeschakeld, wordt er niets op
het scherm weergegeven en is er alleen
geluid te horen.
Om het scherm opnieuw weer te geven
raakt u het scherm aan en kiest u de
toets in het midden van het scherm.
Het scherm kan automatisch worden
gewisseld tussen de dag- en de
nachtmodus wanneer de koplampen
branden of doven.
Wanneer [Automatic] (automatisch) is
uitgeschakeld, kan het scherm handmatig
worden gewijzigd naar de dagmodus.
Wanneer [Automatic] (automatisch) is
uitgeschakeld, kan het scherm handmatig
worden gewijzigd naar de nachtmodus.
Stel de helderheid van het scherm in.
Stel de sterkte van het contrast van het
scherm in.
Beschrijving
Stel de helderheid van het scherm in.