2. Aansluiting
De elektrische aansluiting en beveiliging dienen volgens de lokaal geldende
regels plaats te vinden.
De GENI module wordt draadloos van energie voorzien vanaf de pomp.
Om goed functioneren te verzekeren, volg de instructies in hoofdstuk
3. Bevestigen van de module.
N.B.
• Alle kabels moeten hittebestendig zijn tot +85°C.
• Alle kabels moeten worden aangesloten overeenkomstig EN 60204-1.
Draden aangesloten op
• uitgangen NC, NO, C en
• ingangen Start/stop, A, Y, B, MIN, MAX, 10 V, X, Q, Z
dienen elektrisch geïsoleerd te zijn van elkaar.
113