Onderhoud motor
Veiligheid van de motor
•
U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil
controleert of het carter bijvult met olie.
•
Verander de snelheid van de toerenregelaar niet
en laat de motor het maximale toerental niet
overschrijden.
Aanbevolen motorolie
Type: API-onderhoudsclassificatie SL of hoger
Viscositeit: bepaal de viscositeit van de olie
naargelang de omgevingstemperatuur; zie
Figuur 26
Het motoroliepeil
controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Opmerking:
De beste tijd om de motorolie te
controleren is wanneer de motor koud is voordat deze
is gestart voor de dag. Als hij al heeft gedraaid, moet
u de olie eerst terug laten lopen gedurende tenminste
10 minuten voordat u deze controleert.
1.
Maak de machine klaar voor onderhoud; zie
Vóór onderhoudswerkzaamheden (bladz.
2.
Maak schoon rond de olievuldop
1. Olievuldop
Figuur
26.
3.
4.
g018667
1. Olievulbuis (onderste
5.
22).
(Figuur
27).
24
Figuur 27
Draai de olievuldop linksom en neem hem eruit.
Oliepeil controleren
(Figuur
Er zit voldoende olie in de motor als het oliepeil
tot de onderste rand van de olievulbuis reikt.
Opmerking:
Als het oliepeil niet tot de
onderste rand van de olievulbuis komt, moet u
bijvullen met de aanbevolen olie tot het peil de
onderste rand van de olievulbuis bereikt.
Belangrijk:
Voeg niet te veel motorolie toe
aan het carter.
Figuur 28
rand)
Plaats de olievuldop terug en veeg gemorste
olie weg.
g281202
2. Vulopening
28).
g281195
2. Oliepeil