Model
Coëffi ciënt K
CADB-N 05
CADB-N 08
CADB-N 18
CADB-N 30
CADT-N 45
CADT-N 55
CADT-N 80
Aanblik hoofdscherm als de unit in de CAV-modus geconfi gureerd is.
Run-modus: Uit
CAV-regelmodus (werkt alleen indien minimaal 1 extra pressostaat (accessoire) in toevoer-
en/of retourkanaal is geplaatst)
Kiezen in het vereenvoudigde parametreringsmenu (toegang met het wachtwoord 1111) kunt u:
• Normale luchtstroom en Gereduceerde luchtstroom voor elke ventilator selecteren.
• De nachtsetpointwaarde van de ventilatoren.
U kunt tussen de Normale of Gereduceerde luchtstroom kiezen:
• handmatig
• automatisch door programmatijdsschema (zie paragraaf Tijdprogrammering)
• op afstand, door externe digitale contacten (zie paragraaf Stoppen-starten op afstand)
Het overschakelen tussen de verschillende setpoints gebeurt handmatig of automatisch mid-
dels tijdprogrammering. Een derde setpoint, de "nachtsnelheid", kan via het regelpaneel wor-
den ingevoerd. De waarde in % komt overeen met het percentage van de maximale ventilator-
capaciteit. Dit wordt 's nachts gebruikt voor vrije koeling (zie overeenkomstige functie).
Door de CAV-modus in dit installatiemenu te kiezen, wordt het scherm van het gebruikers-
menu automatisch geconfi gureerd. De gebruiker kan vervolgens de werking van de unit veran-
deren zonder de instellingen te wijzigen.
58
60
84
131
104
207
252
Invoeren Pin-Code
Annul.
23
Instellingen
Ventilatiemodus
Normale debiet
Lagere debiet
Nacht verlaging
Normale debiet
Lagere debiet
Nacht verlaging
CAV Toevoer
CAV afvoer