Gewenste aanvoertemperatuur
Fig. 7.4 Parallelverschuiving van de stooklijn
7.3.2
Aanvoertemperatuur afh. van externe warmtevraag
Met externe warmtevraag wordt hier de warmtevraag van een installatiecomponent,
die is aangesloten op de (discrete) ingang 'Warmtevraag extern', bedoeld. Dus niet
de warmtevraag die, via de CTR-bus, door een andere regeling wordt doorgegeven.
Als de ingang 'Warmtevraag extern' is gesloten, is de gewenste aanvoertemperatuur
minimaal gelijk aan de ingestelde aanvoertemperatuur extern.
MENU BEDRIJFSGEGEVENS
Warmtevraag ext
MENU INSTELLINGEN
Warmtevraag ext
Aanvoer
7.3.3
Aanvoertemperatuur van andere Regeling(en)
De aanvoertemperatuur die de Regeling moet realiseren, is gelijk aan de hoogste
waarde van de door externe Regelingen gewenste aanvoertemperatuur. Bij
Regelingen die hun gewenste aanvoertemperatuur doorgeven, moet het adres van
deze Regeling tijdens de configuratie ingesteld worden.
Tweetraps Ketelregelaar WT 310 / 311
°C
90
80
70
60
50
40
30
20
10
0
-10
-5
De gewenste aanvoertemperatuur wordt bepaald door
de toestand (gesloten) van ingang 'Warmtevraag
extern'.
De gewenste aanvoertemperatuur van de installatie-
component, die is aangesloten op ingang
80°C
'Warmtevraag extern'.
0
5
10
15
Buitentemperatuur
°C
20
69