1.5.12. Parkeerplaatsen
● Rijd op een parkeerplaats niet vlak voor
of achter auto's. Automobilisten kunnen u
1
mogelijk niet zien wanneer u vlak voor of
achter hun auto bent.
● Rijd op een parkeerplaats niet tussen de auto's
door. U kunt de auto's beschadigen of bekneld
raken wanneer een auto gaat rijden.
1.5.13. Gebruik van openbaar en particulier vervoer
● Wanneer u met het openbaar vervoer wilt reizen, moet u van tevoren controleren of het
gebruik van een rolstoel is toegestaan. Volg de regels en instructies bij het aan boord
gaan van het voertuig.
● Bij gebruik van een particuliere auto mag u de
rolstoel niet als zitplaats gebruiken. Gebruik
een van de zitplaatsen in de auto.
● Zorg dat er bij gebruik van een lift altijd een
begeleider aanwezig is voor de veiligheid.
● Zorg dat u op een treinstation altijd een
begeleider bij u heeft. Zet de rolstoel zo op
het perron dat de rolstoel evenwijdig staat
aan de spoorrails en zorg dat de parkeerrem
geactiveerd is. Sommige perrons lopen licht
naar de rails toe af. In bepaalde gevallen, kunt
u op de rails vallen en gewond raken.
20
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING