WAARSCHUWING
OM ERNSTIG LETSEL TE VOORKOMEN, MAG DE MACHINE NIET GEBRUIKT WORDEN
ALS DE BEDIENINGSHENDELS OF TUIMELSCHAKELAARS DIE DE BEWEGING VAN HET
PLATFORM BESTUREN NIET NAAR DE STAND 'UIT' OF 'NEUTRAAL' TERUGGAAN WAN-
NEER ZE WORDEN LOSGELATEN.
Grondbedieningsconsole
(Zie Figuur 3-1., Grondbedieningsconsole zonder MSSO en Figuur 3-2.,
Grondbedieningsconsole met MSSO.)
1.
Indicatorpaneel
Het indicatorpaneel bevat indicatorlampjes die problemen
of bedrijfsfuncties aangeven tijdens de bediening van de
machine.
2.
Weergavemeter
Registreert het aantal bedrijfsuren van de
machine met draaiende motor. De urenteller
kan hoogstens 16.500 uur registreren en kan
niet worden teruggesteld.
31216357
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE
WANNEER DE MACHINE WORDT UITGESCHAKELD, MOET DE VOEDINGS-/NOODSTOP-
SCHAKELAAR IN DE STAND 'UIT' WORDEN GEZET OM TE VOORKOMEN DAT DE ACCU'S
WORDEN UITGEPUT.
OPMERKING:
LET OP
3.
Voedings-/noodstopschakelaar
Een rode, paddenstoelvormige schakelaar met
twee standen die voeding aan de keuzescha-
kelaar Platform/Grond levert wanneer deze
uitgetrokken is (aanstaat). Wanneer deze ingedrukt is (uit-
staat), is de voeding naar de keuzeschakelaar Platform/
Grond uitgeschakeld.
Wanneer de keuzeschakelaar Platform/Grond in de mid-
delste stand staat, is de voeding naar beide bedie-
ningsconsoles uitgeschakeld. Haal de sleutel eruit om te
voorkomen dat de bedieningselementen worden geacti-
veerd.
4.
Keuzeschakelaar Platform/Grond
De sleutelschakelaar met drie standen die
voeding aan de bedieningsconsole op het
platform levert wanneer deze op Platform
staat. Als de sleutelschakelaar in de stand
Grond staat, is alleen de grondbediening beschikbaar.
3-5