Figuur 55
1. Motor van de messenkooi
2. Sleufas
8.
Monteer een grasvanger op de haken aan de
ophangarm.
9.
Herhaal deze procedure bij de andere
maaidekken.
10.
Sluit de snelkoppelingen van de voeding
naar de maaidekken aan, zie
maaidekstroom (bladz.
De maaidekken verwijderen
1.
Koppel de snelkoppelingen voor de voeding
naar de maaidekken los, zie
maaidekstroom (bladz.
g036122
3. Holte
4. Motorbevestigingsstang
Snelkoppelaars
23).
Snelkoppelaars
23).
VOORZICHTIG
Als u de voeding naar de maaidekken
niet onderbreekt, bestaat de kans dat
iemand de maaidekken per ongeluk start.
Hierdoor kan ernstig letsel aan handen
en voeten ontstaan.
Koppel altijd de snelkoppelingen voor de
voeding naar de maaidekken los voordat
u werkzaamheden aan de maaidekken
gaat uitvoeren.
2.
Parkeer de machine op een schoon en
horizontaal oppervlak, laat de maaidekken tot
op de grond neer tot de ophanghydrauliek
volledig is uitgetrokken. Zet de motor af en stel
de parkeerrem in werking.
3.
Duw de motorbevestigingsstang uit de sleuven
op de motor in de richting van het maaidek en
verwijder de motor uit het maaidek.
1. Messenkooimotor
4.
Zet de motor in de opbergruimte op de voorkant
van de ophangarm
51
Figuur 56
2. Motorbevestigingsstang
(Figuur
57).
Figuur 57
g036123
g036124