Inhoudsopgave
Advertenties
4. Gebruik met uw kaartlezer
U kunt uw alarmsysteem met de kaartlezer in- of uitschakelen.
Afhankelijk van de configuratie van uw installateur, alleen de
toetsen
of
zijn programmeerbaar en kunnen verschillende
functies hebben.
4.1 Configuratie van de toetsen 1 en 2
Toets
Toets
2
1
Modus A
ON / OFF zone 1 ON / OFF zone 2
Het alarm per zone sturen
SOS
Modus B
Activeren van een stil
Oproep zender
alarm
zonder geluidssignaal
SOS
Modus C
+
Activering van een geluid-
Oproep zender + hoorbaar alarm
salarm
De toetsen
en
zijn onafhankelijk programmeerbaar
er bestaan 3 modi A, B of C
(
standaard)
.
Modus A
Het is mogelijk om 2 te mengen, (bijv. :
Modus A
met
.
raadpleeg de tabel hiernaast)
4.2 Het systeem inschakelen
• Volledig ingeschakeld
Ê Druk op
,
Het lampje licht rood op,
Ë Houd uw badge binnen de 5 seconden op de detectiezone,
Het lampje licht rood op, vervolgens groen om de actie te
bevestigen.
De centrale laat een PIEP horen.
• Inschakelen per zone (1 of 2)
De toetsen
en/of
moeten worden geconfigureerd in de
Modus A (zie tabel § 4.1).
Bijvoorbeeld: zone 1 (verdieping)
Ê Druk op de toets
vervolgens
,
Het lampje licht rood op,
Ë Houd uw badge binnen de 5 seconden op de detectiezone.
Het lampje licht rood en vervolgens groen op om de actie te
bevestigen.
De centrale laat een PIEP horen.
Lampje
In-
schakelen
Toets 1
programmeer-
baar
X
Modus A
Modus B
,
X
Modus B
Modus C
< 5s
< 5s
- 16 -
4.2 Het systeem uitschakelen
Afhankelijk van de instellingen van het systeem, zal de
Uit-
centrale al dan niet een geluidssignaal laten horen om het
schakelen
inschakelen of uitschakelen te bevestigen.
Toets 2
• Volledig uitschakelen
programmeer-
baar
Ê Druk op
,
Het lampje licht rood op,
Detectiezone
Ë Houd uw badge binnen de 5 seconden op de detectiezone.
badge
Het lampje licht rood en vervolgens groen op om de actie te
bevestigen.
• Uitschakelen per zone (1 of 2)
De toetsen
en/of
Modus A (zie tabel § 4.1).
Bijvoorbeeld: zone 1 (verdieping)
Ê Druk op de toets
Het lampje licht rood op,
Ë Houd uw badge binnen de 5 seconden op de detectiezone.
Het lampje licht rood en vervolgens groen op om de actie te
bevestigen.
4.3 Geforceerde werking
Deze functie maakt het mogelijk om bijvoorbeeld het systeem
in te schakelen, zelfs als er nog een uitgang is geopend of
een product defect is (lege batterij,...).
Ê De centrale weigert om in te schakelen.
De centrale laat een geluidssignaal weerklinken om de gebrui-
ker te waarschuwen.
Op de badgelezer knippert de LED rood.
OK
Ë Bevestig een tweede keer door binnen 5 seconden na de
eerste druk op ON + badge te drukken.
Het lampje licht rood en vervolgens groen op om de actie te
bevestigen.
OK
moeten worden geconfigureerd in de
vervolgens
,
Piep, Piep, Piep
ON
< 5s
- 17 -
< 5s
NL
OK
< 5s
OK
Piep, Piep, Piep
ON
Inschakelen geweigerd
(bijv. uitgang geopend)
ON
Advertenties
Inhoudsopgave
