Inhoudsopgave
Advertenties
14. Signalering lege batterij
Als de batterijen van een product leeg zijn wordt dit gemeld bij
het aan- en uitzetten van het systeem door een reeks pieptonen
(raadpleeg de handleiding).
Om het product in kwestie te vinden, kunt u het menu "Info" van
het touch-toetsenbord gebruiken.
Ieder product geeft ook onafhankelijk aan dat zijn batterijen leeg
zijn:
- de lampjes van de detectoren knipperen bij elke detectie,
- het waarschuwingslampje van de afstandsbediening knippert
wanneer erop gedrukt wordt,
- het symbool "Waarschuwing (
)" wordt op het scherm van het
touch-toetsenbord weergegeven,
- de overdrager meldt "Storing batterij" met spraaksamenvatting.
Om de batterijen van een van de producten van het systeem te
vervangen, moet u contact opnemen met uw installateur.
Sommige producten gebruik specifieke accupacks van Delta Dore.
Voorzorgsmaatregelen lithiumbatterijen
De apparaten van het gamma TYXAL+ werken op batterij-
en of lithiumbatterijen.
1 - Voorwaarden voor opslag:
Bewaren op een koele (<30 °C bij voorkeur), droog en goed geventileerd plaats.
Uit de buurt houden van vocht, warmte, open vuur.
Bewaar de batterijen in de originele verpakking tot gebruik.
Niet in bulk opslaan.
Geen druk uitoefenen, kan vervorming veroorzaken.
2 – Hantering:
Meng geen batterijen van verschillende modellen of verschillende merken door
elkaar.
Meng geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
Niet verwarmen of solderen.
Niet demonteren.
De lithiumbatterijen zijn niet oplaadbaar en mogen in geen geval worden opgeladen.
3 - Plaatsen en vervangen:
Plaats in een apparaat alleen nieuwe batterijen, met dezelfde datumcode, van
dezelfde fabrikant en hetzelfde type.
Respecteer de polariteit van de batterijen tijdens de installatie.
Volg de aanbevelingen voor de maximale intensiteit van de stroom en operationeel
temperatuurbereik.
4 – Wegwerpen:
Volg de wetgeving van kracht.
5 – Veiligheid:
Niet kortsluiten.
Niet herladen.
Niet perforeren.
Niet verbranden.
Niet samenpersen.
De interne onderdelen niet aan water blootstellen.
Ontladen niet forceren.
Niet blootstellen aan temperaturen hoger dan 100 °C.
- 40 -
15. Ondersteuning
Dit hoofdstuk is bedoeld om u te helpen de meest voorkomende problemen die u tijdens de installatie of het gebruik van
uw alarmsysteem kunt tegenkomen op te lossen.
Alle gebeurtenissen kunt u raadplegen in het menu Historiek.
Neem, in geval van twijfel, wanneer het probleem blijft bestaan of wanneer het probleem niet in deze lijst voorkomt, con-
tact op met uw installateur
Onnodig alarmsignaal van het inbraaka-
larm veroorzaakt door een detector
• Bewegingsdetector
- Controleer of er zich een verstorend element in het detec-
tieveld bevindt (dier, ventilatiestroom, verwarming, tocht,
open haard...) en verplaats anders de detector.
- Als u een huisdier hebt, zorg ervoor dat uw detector is
uitgerust met de lens "Dieren".
• Controleer of uw dier of dieren de beperkingen voor het
gebruik respecteren (raadpleeg de handleiding van de
detector), anders moet u een perimetrische bescherming
gebruiken (openingsdetector) om deze zone te bewaken.
Als u twijfelt, neem dan contact met ons op.
Openingsdetector
- Controleer of de afstand tussen de detector en de magneet
niet te groot is (zie handleiding van detector).
- Wanneer de uitgang aan te grote trillingen onderhevig is:
vervang de openingsdetector door een bewegingsdetector.
Als het probleem aanhoudt, kunt u de defecte sensor
uitschakelen via het menu Inschakelen/uitschakelen.
Andere problemen met een detector
• Wanneer u een beveiligde ruimte binnengaat, gaat het
alarm direct af en u heeft geen tijd om een paneel te
bereiken om de bewaking uit te zetten.
De detector of detectoren die de toegang tot het paneel
beveiligen staan niet in de stand "uitgesteld alarm".
• Bij iedere detectie (door een bewegingsmelder of wan-
neer een beveiligde uitgang geopend wordt) knippert
het lampje van de detector.
De batterijen moeten verwisseld worden.
16. Normen
De alarmcentrale van de reeks TYXAL+ voldoet aan de volgende normen:
EN 50131-1 grade 2, EN 50131-5-3, RTC 50131-3, EN 50131-4, RTC 50131-4, EN 50131-6, RTC 50131-6.
Onnodig alarmsignaal van de zelfbeveili-
ging van een product
- Controleer of de behuizing van het product correct geslo-
ten is en of het niet aan sterke trillingen blootstaat.
- Controleer of de rubberen onderdelen goed werden ge-
plaatst.
U kunt het systeem niet inschakelen
• Er is een probleem met de zelfbeveiliging van een van
de producten van de installatie.
- Controleer de zelfbeveiligingen.
• De batterijen van een de producten zijn leeg
• Een deur of raam staat open
Een alarmcyclus wordt geactiveerd en
het systeem weigert de start
• Een beveiligde uitgang staat open tijdens de vertra-
ging vertrek van de installatie (zie § 1.3)
Controleer de uitgangen en zet het systeem weer aan.
Wacht tot na de vertraging vertrek om de activering te
controleren (pieptoon van de centrale).
De centrale laat een reeks pieptonen
horen wanneer deze wordt ingeschakeld/
uitgeschakeld
• Storing systeembewaking
De centrale ontvangt geen berichten meer van een pro-
duct.
- Raadpleeg het menu Info van het touch-toetsenbord om
de aard van de storing te weten te komen.
- Controleer de status van de producten.
Op het touch-toetsenbord wordt regelma-
tig "Downloaden" weergegeven
Dit is een automatische update.
Dit wordt weergegeven als het toetsenbord niet recent
werd gebruikt of als u sinds de installatie wijzigingen hebt
gemaakt.
- 41 -
NL
Advertenties
Inhoudsopgave
