Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Kanaalsysteem En Luchtverdelers Afstellen; Afstelvolgorde; Inregelingsprocedure - Swegon GOLD RX Bedrijfs- En Onderhoudsvoorschriften

Generatie f
Verberg thumbnails Zie ook voor GOLD RX:
Inhoudsopgave

Advertenties

3.2 Kanaalsysteem en luchtver-
delers afstellen
Om onnodig energieverbruik door de ventilatoren te voorkomen,
is het van belang de drukval in het systeem zo beperkt mogelijk
te houden. Het is ook van belang dat kanaalsystemen en lucht-
verdelers uit comfortoogpunt correct zijn ingeregeld.
Volg bij het inregelen van de luchtverdelers en kanaalsystemen
voor de GOLD het proportionaliteitsbeginsel.
Dit betekent dat de verhouding tussen de luchtdebieten in de
aftakkingen constant blijft, zelfs als u het luchtdebiet in de
hoofdkanalen verandert. Voor de luchtverdelers in de installatie
geldt dezelfde verhouding.
Bij het inregelen van het kanaalsysteem kan het toerental van de
ventilatoren in de luchtbehandelingsunit vast worden gezet op
een bepaald ingesteld luchtdebiet. Zie hiervoor sectie 4.1.7 in de
functiehandleiding, Installatie.

3.2.1 Afstelvolgorde

De afstelvolgorde van het systeem is als volgt:
1. Afstellen van de luchtverdelers in elke aftakking.
2. Afstellen van de aftakkingen.
3. Afstellen van de hoofdkanalen.

3.2.2 Inregelingsprocedure

1. Open alle luchtverdelers en kleppen volledig.
2. Bereken het quotiënt tussen het gemeten en het geplande
luchtdebiet voor alle luchtverdelers, aftakkingen en hoofd-
kanalen. De luchtverdeler in elke aftakking met het laagste
quotiënt moet volledig open zijn. Deze luchtverdeler gebruikt
u als INDEXLUCHTVERDELER. Hetzelfde geldt voor aftakkings-
kleppen en hoofdkanaalkleppen.
Na het inregelen moeten één luchtverdeler in elke aftakking,
één aftakkingsklep en één hoofdkanaalklep volledig zijn geo-
pend.
Voorbeeld van een aanpassing
– Begin met het afstellen van aftakking B, omdat deze het
hoogste quotiënt heeft.
– De laatste luchteenheid, B3, heeft het laagste quotiënt
en moet volledig open zijn.
Stel de overige luchteenheden, B1 en B2, zo af dat het
quotiënt ervan gelijk is aan die van luchteenheid B3 (zie
punt 5 hierboven).
– Stel vervolgens de luchteenheden in aftakking C af.
Luchteenheid C4 moet volledig open zijn, de rest wordt
gesmoord tot hetzelfde quotiënt.
– Stel de luchteenheden in aftakking A af. Hier is luch-
teenheid A3 de indexluchteenheid, wat betekent dat eerst
luchteenheid A4 (de referentie-eenheid) wordt gesmoord
tot het quotiënt van eenheid A3. Vervolgens stelt u de
andere af op hetzelfde quotiënt als luchteenheid A4.
– Smoor aftakkingsklep B tot hetzelfde quotiënt als aftak-
kingsklep A. Smoor aftakkingsklep C tot hetzelfde quoti-
ent als aftakkingsklep A.
Controleer of alle kleppen hetzelfde quotiënt hebben.
Na inregeling moeten 3 luchteenheden en een aftakkings-
klep volledig open zijn om de druk in het systeem zo laag
mogelijk te houden.
We behouden het recht voor om specificaties te wijzigen.
3. Begin met het afstellen van het hoofdkanaal met het hoogste
quotiënt en de aftakking in het hoofdkanaal met het hoogste
quotiënt. De reden dat hier wordt begonnen, is dat de lucht
vooruit wordt "gedrukt" naar de delen in het systeem met de
minste lucht.
4. Stel de laatste luchtverdeler in de aftakking zo af, dat deze
hetzelfde quotiënt heeft als de indexluchtverdeler. Deze
luchtverdeler wordt de REFERENTIELUCHTVERDELER. De
laatste luchtverdeler in de aftakking is vaak degene met het
laagste quotiënt en deze luchtverdeler moet open zijn. In dit
geval zijn de indexluchtverdeler en de referentieluchtverdeler
dezelfde.
5. Smoor de overige luchtverdelers in de aftakking tot hetzelfde
quotiënt als de referentie-eenheid.
Let op: Het quotiënt in de referentieaansluiting zal wijzigen
door elke gesmoorde luchtverdeler, zodat het quotiënt in de
referentieluchtverdeler in de praktijk wat hoger kan worden
ingesteld. De referentie-eenheid moet tussen elke gesmoorde
luchtverdeler worden gemeten.
6. Begin in de aftakking met het op een na hoogste quotiënt,
stel daar de luchtverdelers af en ga zo verder.
Let op: Alle aftakkingskleppen moeten volledig open zijn tot
alle luchtverdelers zijn afgesteld.
7. Smoor de aftakkingsklep met het hoogste quotiënt tot deze
hetzelfde quotiënt heeft als de aftakking met het laagste
quotiënt.
Let op: Denk eraan dat de indexklep het quotiënt aanpast. Ga
te werk als beschreven onder punt 5.
8. Als alle aftakkingen zijn ingeregeld, worden de kleppen in het
hoofdkanaal op dezelfde manier gesmoord.
Zie ook het Afstellingsvoorbeeld hieronder.
NL.GOLDSKFRX.171215
qp = gepland luchtdebiet (l/s)
qm = gemeten debiet (l/s)
qm
K (quotiënt) =
qp
www.swegon.com
7

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave